Overige  

IEF 2386

Uiteindelijk onvoldoende

Rechtbank 's-Hertogenbosch, 4 juli 2006, LJN AY4587. European Communications Consultancy Team B.V. tegen Codec Telecom B.V.

Uiteindelijk onvoldoende bewijs om onrechtmatige concurrentie door ex-werknemers voorshands aannemelijk te achten.

Het subsidiaire verweer slaagt voorzover het betrekking heeft op de grondslagen die bestaan uit de aanname van enig IE-recht op de producten. Dat een zodanig recht, waaronder met name ook het auteursrecht, aan de zijde van ECCT bestaat enerzijds en dat de door Codec cs verhandelde producten anderzijds daarop een inbreuk maken anderzijds, is onvoldoende toegelicht om in dit kort geding voor aannemelijk te kunnen houden.

Lees het vonnis hier.

IEF 2347

Op eigen houtje (2)

De zaak www.vvvbergh.nl (eerder bericht hier) blijk te zijn geschikt. Speuren naar een vonnis is dus niet meer nodig.


Zeddam.net bericht:  “Jan Jenneskens uit Zeddam draagt de internetdomeinnaam vvvbergh. nl over aan VVV Nederland. De overdracht gaat met gesloten beurs. Jenneskens beloofde gisterochtend tijdens een kort geding in Zutphen dat hij de domeinnaam zal afstaan.

(…)Tegen de rechter zei hij dat hij zich overvallen voelde door de landelijke VVV. Die had na de eerste aanmaning al meteen een dagvaarding voor een kort geding naar hem gestuurd. En dat terwijl hij het internetadres niet eens in gebruik had, verweerde de Zeddammer zich. Rechter D. Vergunst liet echter snel doorschemeren dat de merknaam VVV een ijzersterke bescherming geniet. Door nog op de zitting afstand van de internetnaam te doen zou hij zich kosten besparen. Jenneskens gaf daarop toe.

Lees hier meer. (Met dank aan John Zeegers, DomJur.nl)

IEF 2339

Zin in Sin in

Gerechtshof Amsterdam, 6 april 2006, LJN: AY3520. Sinin tegen Sky Holding B.V.

Hoger beroep kort geding, verbod van gebruik ‘Zinin’ als handelsnaam op webpagina. Zinin wijkt niet alleen door letters en lettervolgorde, maar ook door de uitspraak slechts in zeer geringe mate af van ‘Sinin’. Beide websites zijn gericht op het verkopen van (vakantie)reizen aan Nederlandstalig publiek via het internet.

Zowel in eerste aanleg als in hoger beroep heeft Sky Holding ten verwere aangevoerd dat niet zij maar Sky Tours de naam “Zinin” en het internetadres zinin.nl voert, zodat Sinin niet-ontvankelijk moet worden verklaard in haar vordering.

Uit een door Sky Holding zelf overgelegd uittreksel uit het handelsregister blijkt niet alleen dat zij enig aandeelhouder is van Sky Tours maar ook dat zij de bestuurder van die vennootschap is, en voorts dat beide vennootschappen een vrijwel gelijke handelsnaam bezigen. Nu deze vennootschappen dermate zijn verweven, en Sky Holding het als bestuurder van Sky Tours in haar macht heeft deze een eventueel veroordelend arrest te doen naleven, kan Sinin –gelijk de voorzieningenrechter heeft geoordeeld- in haar vordering worden ontvangen.

In het licht van de stellingen van partijen dient het hof te onderzoeken of de naam “Zinin” door Sky Holding en/of Sky Tours als handelsnaam wordt gebruikt.

Op de pagina zinin.nl worden diverse vakantiereizen aangeboden. De wijze waarop deze pagina is opgebouwd en de reizen worden aangeboden wekken, volgens het hof, de indruk dat een bedrijf Zinin deze reizen aanbiedt. Pas wanneer, zo heeft Sinin ook onbestreden aangevoerd, de contactgegevens worden aangeklikt blijkt uit een volgend scherm dat het hier gaat om het bedrijf Sky Tours. Door deze wijze van presenteren is het voorlopig oordeel gerechtvaardigd dat Sky Tours “Zinin” gebruikt als handelsnaam en niet enkel als internetadres.

Onbestreden is dat “Zinin” een jongere handelsnaam is dan de door Sinin gevoerde handelsnaam “Sinin”, en evenmin is bestreden dat Sinin –afgezien van de vormgeving van haar website, die thans echter niet aan de orde is- haar handelsnaam rechtmatig voert.

Voorts kan niet anders worden geoordeeld dan dat de handelsnaam “Zinin” niet alleen door de letters waaruit het woord bestaat en de lettervolgorde, maar ook door de uitspraak van het woord, slechts in zeer geringe mate afwijkt van de handelsnaam “Sinin”. Nu voorts de ondernemingen die onder de respectieve handelsnamen worden gedreven beide zijn gericht op het verkopen van (vakantie)reizen aan met name Nederlandstalig publiek via het internet -waardoor zij een gelijk verkoopgebied bestrijken- komt het hof tot de voorlopige conclusie dat bij het relevante publiek gevaar voor verwarring tussen beide ondernemingen bestaat.

Lees het vonnis hier.

IEF 2325

Subsidiariteit en proportionaliteit (3)

Kamerstuk 30587 , nr. F , 1e Kamer. Subsidiariteitstoets op richtlijnvoorstel betreffende strafrechtelijke maatregelen ter verzekering van de handhaving van intellectuele eigendomsrechten.

“Aan de heer F. Frattini, Vice-voorzitter van de Europese Commissie en Commissaris voor Justitie, Vrijheid en Veiligheid,

Beide Kamers der Staten-Generaal van het Koninkrijk der Nederlanden hebben - overeenkomstig de door hen vastgestelde procedures - het gewijzigde voorstel van de Europese Commissie voor een richtlijn inzake strafrechtelijke maatregelen om de handhaving van intellectuele eigendomsrechten te waarborgen (getoetst aan de beginselen van subsidiariteit en proportionaliteit.

Beide Kamers komen op grond van de bij deze brief gevoegde overwegingen tot de conclusie dat genoemd voorstel niet voldoet aan de beginselen van subsidiariteit en proportionaliteit. In het bijzonder zijn zij van oordeel dat onderhavig voorstel buiten de bevoegdheden van de Gemeenschap valt.

Lees de volledige brief + motivering hier.

IEF 2322

Voortzetting

Nu.nl bericht dat de NVM is een bodemprocedure begonnen tegen de website Zoekallehuizen.nl. (…) Zoekallehuizen.nl is men niet blij met de voortzetting van de procedure, zo liet de zegsman weten. "Advocaten kosten geld. We weten niet hoe lang dit gaat duren." Lees hier meer. Eerdere berichten hier.

IEF 2320

Op eigen houtje

Optimaalfm.nl komt met een kort feitelijk nieuwsbericht: "De internet domeinnaam vvv-bergh.nl welke in bezit was van Jan Jenneskens in Zeddam moet worden overgedragen aan VVV Nederland. Dat is de uitspraak van een kort geding dat door VVV Nederland was aangespannen tegen Jenneskens.

De naam werd enkele jaren geleden geregistreerd toen de VVV Montferland onderhandelde over een fusie met de VVV’s in de Achterhoek. De fusie ging niet door. VVV Montferland ging op eigen houtje verder. Deze mag niet meer de naam VVV gebruiken."

Lees hier meer. Wie het vonnis heeft mag het vanzelfsprekend mailen.

IEF 2319

Prebiotisch (4)

O.a. het Reformatorisch Dagblad bericht dat de ruzie tussen drogisterijketen Kruidvat en voedingsmiddelenbedrijf Numico over melkpoeder (eerder bericht hier) zich aanstaande donderdag voortzet bij het Hof Den Haag.

“Numicodochter Nutricia blijft dvan mening dat drogisterij Kruidvat zich schuldig maakt aan valse concurrentie. (…) Nutricia verwijt de drogisterij dat zij de ontwikkelingskosten heeft gedrukt door vindingen van het concern over te nemen. (…)Eerder sprak Numico Friesland Foods (Friso) aan op het oneigenlijke gebruik van het octrooi van Nutricia. Daarop paste dit zuivelbedrijf zijn receptuur aan.”

Lees hier meer

IEF 2303

Wel parallel (2)

Gerechtshof te Arnhem, 4 juli 2006, 2006/286. P. Struijk, h.o.d.n. Verhuurbedrijf Struijk en Handelsonderneming & Import Struijk tegen Deere and Company. (Met dank aan Hidde Koenraad, Steinhauser Hoogenraad).

Het hof bekrachtigt dit vonnis van de Rechtbank Arnhem. 

Merkhouder Deere & Company faciliteert de website www.machinefinder.com, een Internetportaal voor dealers van Deere-producten waarmee de facto wereldwijd tweedehands machines worden aangeboden. De website bevat geen mededelingen over de uitoefening van merkrechten. Het faciliteren van een dergelijk portaal kan niet worden beschouwd als impliciete toestemming voor parallelimport van buiten de EU. Het Hof weegt mee dat de merkhouder geen betrokkenheid heeft bij de totstandkoming van transacties tussen dealers en afnemers.

’Van belang is dat Deere niet zelf de aanbieder is van de op de site aangeboden machines en dat Deere ook geen directe invloed heeft op hetgeen door de dealers op de site wordt aangeboden Voorts is Deere niet betrokken bij de eventuele totstandkoming van een koopovereenkomst tussen een  aanbieder en een bezoeker van de site. Aldus biedt Deere zijn dealers met de site niet meer dan een medium om hun aanbod aan een — wereldwijd — publiek kenbaar te maken. Het ter beschikking stellen van dit medium is niet als een positief uitgedrukte toestemming te kwalificeren.

(…) Anders dan Struijk meent bieden de omstandigheden dat het aanbod geen regionale beperkingen kent en dat op de site geen merkenrechtelijke beperkingen zijn vermeld, evenmin ondersteuning voor het oordeel dat Deere Struijk wel degelijk (impliciet) toestemming heeft gegeven de machines voor het eerst in de EER in de handel te brengen.

(…) Uit een dergelijke passieve opstelling van Deere volgt ten aanzien van de merkenrechtelijke implicaties van eventuele tussen aanbieders en bezoekers van de site tot stand gekomen overeenkomsten, niet dat sprake is van een positief uitgedrukte toestemming voor de invoer in de EER van alle door Struijk met behulp van de site gekochte machines. Uit het voorgaande en het daaromtrent nog door Struijk aangevoerde, vloeit tevens voort dat er geen sprake is van het door Struijk gestelde misbruik van merkenrecht door Deere.’

Lees het vonnis hier.

IEF 2301

Functioneel parket

Het ANP bericht dat “Justitie woensdag twee mensen heeft opgepakt op verdenking van het op grote schaal uitwisselen van illegale muziek, films en software op internet. Dat maakte het Functioneel Parket van het Openbaar Ministerie woensdag bekend. De mensen beheerden de sites www.liquidtorrent.org, www.liquidtracker.org en www.phoenixtorrent.org.

(…) De verdachten worden beschuldigd van beroepsmatige overtreding van de auteurswet en deelname aan een criminele organisatie.”

Lees hier meer (Trouw).

IEF 2278

Echte merken zijn

Gerechtshof Leeuwarden, 30 juni 2006, LJN: AX9601 Strafzaak.

Strafzaak over merkgebruik. Valsheid in geschrift door op facturen en de vrachtnota's is achter ras 'Futura' of 'Felina' te vermelden , terwijl er (ongecertificeerd) zaaizaad van het ras USO 31 werd afgeleverd.

Het hof is omtrent het ten laste gelegde van oordeel dat niet is komen vast te staan dat de in de tenlastelegging genoemde certificaten, betrekking hebbende op zaaizaad, echte merken zijn in de zin van artikel 219, derde lid, van het Wetboek van Strafrecht. Het hof overweegt hieromtrent het volgende.

Voor de betekenis van het begrip 'merken' moet worden aangesloten bij artikel 219 van het Wetboek van Strafrecht, waarin gesproken wordt van 'andere dan in de artikelen 217 en 218 van het Wetboek van Strafrecht bedoelde merken, die krachtens wettelijk voorschrift op goederen of hun verpakking moeten of kunnen worden geplaatst'. Op grond van artikel 222bis van het Wetboek van Strafrecht is het bepaalde in artikel 219 van het Wetboek van Strafrecht mede van toepassing, indien de daarin omschreven feiten worden gepleegd met betrekking tot merken van een buitenlandse mogendheid.

In de processen-verbaal die zich bij de processtukken bevinden is geen aandacht besteed aan de vraag of de in de tenlastelegging genoemde (Franse) certificaten, die oorspronkelijk aan zakken zaaizaad waren gehecht en die door verdachte later ook los aan boeren werden geleverd, krachtens enig wettelijk voorschrift op die zakken zaaizaad moesten of konden worden geplaatst en zo ja, op grond van welk(e) voorschrift(en) dit het geval was. Ook overigens blijkt zulks niet uit de processtukken en het ter terechtzitting verhandelde. Nu het antwoord op deze vraag niet als een feit van algemene bekendheid kan worden beschouwd, kan het hof bij gebreke van enig bewijsmiddel ter zake niet vaststellen dat de in de tenlastelegging genoemde certificaten merken als bedoeld in artikel 219 van het Wetboek van Strafrecht zijn, en dient verdachte te worden vrijgesproken van hetgeen onder 2 is ten laste gelegd.

Het hof begrijpt de tenlastelegging aldus dat de verdachte wordt verweten dat hij niet alleen zaad van een ander ras, namelijk USO 31, heeft geleverd dan was vermeld op de bijbehorende factuur en vrachtnota, maar dat dit zaad bovendien ongecertificeerd was. Het ongecertificeerd zijn van het zaaizaad moet naar het oordeel van het hof als een essentieel onderdeel van de tenlastelegging worden beschouwd, dat daar niet uit kan worden losgemaakt zonder haar betekenis wezenlijk te veranderen.

Op grond van de zich in het dossier bevindende informatie en het ter terechtzitting verhandelde kan van een groot aantal telers niet worden vastgesteld dat zij ongecertificeerd zaaizaad van het ras USO 31 hebben ontvangen in plaats van zaaizaad van het ras Futura of Felina, zoals op de facturen en de vrachtnota's vermeld. Het hof merkt in dat verband op dat er bij een groot aantal telers geen bedrijfsonderzoek heeft plaatsgevonden, zodat niet vaststaat welk ras is geteeld.

Op grond van de voor het bewijs gebruikte verklaringen van onder meer de medeverdachten staat in de vier voornoemde gevallen vast, dat de vrachtnota's en facturen in het bedrijf van verdachte werden vervalst door daarop welbewust zaaizaad te vermelden van een ander ras dan het ongecertificeerde zaad van het ras USO 31 dat in werkelijkheid werd geleverd.

Het hof acht verdachte strafbaar. Strafuitsluitingsgronden worden niet aanwezig geacht. Dergelijk handelen is onaanvaardbaar, nu men er in het economische verkeer vanuit moet kunnen gaan dat gegevens vermeld op facturen en vrachtnota's juist zijn. De telers die in vertrouwen op de juistheid van de gegevens subsidie hebben aangevraagd zijn door de vermelding van onjuiste gegevens in hun (financiële) belangen geschaad, omdat hen in verband hiermee subsidie is geweigerd.

Lees het arrest hier.