Rectificatie artikel over voorkennis na uitgevoerde aanbesteding
Vzr. Rechtbank Rotterdam 27 maart 2015, IEF 14818; ECLI:NL:RBROT:2015:2397 (Zondag Ontwikkeling tegen AD Nieuwsmedia)
Uitspraak ingezonden door Laura Broers en Bas Le Poole, Le Poole Bekema. Mediarecht. Onrechtmatige publicatie. Zondag heeft als projectontwikkelaar van woningbouwprojecten meegedongen in aanbestedigingsprijsvragen van de Gemeente Bunnik. AD publiceert de artikelen 'Projectontwikkelaar kon bouwen in Odijk dankzij voorkennis', 'Bouwen met een luchtje'. De aanbestedingswedstrijd is niet volledig in overeenstemming met gangbare beginselen, een bepaling over nader onderhandelen is gegeven, betekent niet dat Zondag met voorkennis heeft deelgenomen. Het beginsel van hoor en wederhoor is niet serieus genomen. De rectificatie op voorpagina regioversie Utrecht en website wordt bevolen. AD moet regionale kranten, die naar aanleiding van haar publicaties hebben geschreven , informeren over de rectificatie.
4.9. AD c.s. gheeft in de gewraakte publicatie bedenkingen geuit ten aanzien van zowel de gemeente Bunnik als Zondag. De Voorzieningenrechter heeft, op basis hetgeen partijen naar voren hebben gebracht en de processtukken, de indruk gekregen dat de wijze waarop de aanbestedingswedstrijd vorm heeft gekregen niet volledig in overeenstemming is geweest met de gangbare beginselen van aanbestedingsrecht. Dit is naar voorlopig oordeel echter met name het gevolg van de handelwijze van de Gemeente Bunnik. Naar voorshands oordeel van de voorzieningenrechter is de wijze waarop de aanbestedingswedstrijd vorm heeft gekregen echter onvoldoende om jegens Zondat de verwijten te uiten die AD c.s. thans heeft geuit in de publicaties van 6,7, en 8 maart 2015.
Meer in bijzonder is in dit kader van belang dat de Zondag in oktober 2007 als winnaar van de wedstrijd (fase 4) is uitgeroepen. Artikel 10 van het "wedstrijdprogramma" bepaalt onder het kopje vervolgtraject het volgende: "een eventuele wijziging van de oorspronkelijke uitgangspunten zal leiden tot verrekening of aanpassing van het ontwerp. De opdracht (...)" Onder die omstandigheden is begrijpelijk dat Zondag gebruik heeft gemaakt van de haar in het wedstrijdprogramma geboden mogelijkheid om nader met de gemeente te onderhandelen.
Op 1 maart 2015 heeft in een loods in Brunssum door de politie een inval plaatsgevonden, waarbij een drugslaboratium is ontdekt. Van het politieonderzoek is door de lokale omroep cameraopnamen gemaakt, die op de website zijn geplaatst. Opname zijn verkocht aan regionale omroep, die het tot een filmpje heeft bewerkt en met eigen tekst op haar website plaatst. En in het regionale journaal is er aandacht aan besteed. Ten onrechte is de indruk gewekt dat eisers betrokken zijn (geweest) bij de inval en vondst van het drugslaboratorium alsmede de arrestaties. Die schijn dient te worden weggenomen, een deel van het filmpje moet worden verwijderd.
Mediarecht. Een ziekenhuis, een zorgverzekeraar en enkele van hun werknemers dagvaarden appellant wegens op weblogs en twitter geplaatste berichten die wegens grievend taalgebruik en beledigende en bedreigende kwalificaties onrechtmatig worden geacht. De voorzieningenrechter wijst op straffe van een dwangsom de vorderingen en het verbod in de toekomst toe. De door de voorzieningenrechter opgelegde dwangsommen zijn verbeurd, maar appellant biedt daarvoor geen verhaal en gaat door met onrechtmatig geachte publicaties op het internet. Het hof wijst de gevorderde lijfsdwang toe.
Mediarecht. Onrechtmatige publicaties. Arthos [eiser] gebruikt OK Huis Nederland als handelsnaam. OK Huis [eisers] lanceren onder hun beheer de website www.mijn-okhuis-ervaring.nl. Feitelijk is hier sprake van een zogenaamd shocklog welke tracht door middel van schokkende en agressieve inhoud veel publiek te trekken, niet gehinderd door enige grens. Eiser heeft onvoldoende gesteld dat de uitingen feitelijk onjuist zijn. Uitingen kwalificeren niet als intimiderend, suggestief en/of grievend. Vordering tot verwijdering negatieve uitlatingen van weblog afgewezen.
Uitspraak ingezonden door Bertil van Kaam,
Uitspraak mede ingezonden door Otto Volgenant,
Uitspraak ingezonden door Bertil van Kaam,
Uitspraak ingezonden door Jacqueline Schaap,
Mediarecht. Zie eerder