Octrooirecht  

IEF 20987

CIER-congres over gebruiksmodel en getoetste Nederlandse octrooi

CIER-congres. Het gebruiksmodel en het getoetste Nederlandse octrooi: Terug naar de toekomst?
30 jaar geleden heeft het CIER een congres georganiseerd over de toenmalige plannen voor afschaffing van het getoetste Nederlandse octrooi en de niet-invoering van een gebruiksmodel. Na 30 jaar gaan de plannen in de omgekeerde richting (herinvoering van het vooronderzochte Nederlandse octrooi en invoering van een gebruiksmodel), maar het onderwerp is hetzelfde en verdient wederom een academisch debat.
Het CIER organiseert daarom een congres over de voors en tegens van invoering van een gebruiksmodelrecht en herinvoering van het vooronderzochte Nederlandse octrooi, met onder meer lezingen van Marc van der Burg, Constant van Nispen en Dick van Engelen.
Inschrijven: via deze link

Waar: Sweelinckzaal, Drift 21, Utrecht
Wanneer: vrijdag 11 november 2022 vanaf 13:00 uur (inloop) tot 17:00 uur, met aansluitend borrel
Prijs: € 100,-. Deelname is gratis voor studenten, medewerkers van universiteiten en leden van de rechterlijke macht
Ordepunten: 3 punten
Meer info: zie website UU of mail met het secretariaat secretariaatmiwpi@uu.nl

IEF 20981

Uitspraak ingezonden door Wouter Pors, Bird & Bird

Orope maakt inbreuk op octrooien Nokia

Rechtbank Den Haag 7 sep 2022, IEF 20981; ECLI:NL:RBDHA:2022:9193 (Orope tegen Nokia), https://ie-forum-be.minab.nl/artikelen/orope-maakt-inbreuk-op-octrooien-nokia

Rb. Den Haag 7 september 2022, IEF 20981; ECLI:NL:RBDHA:2022:9193 (Orope tegen Nokia) Orope vordert vernietiging van de Nederlandse delen van EP 562 en EP 103 omdat de octrooien niet als uitvinding kunnen worden beschouwd, niet nieuw en inventief zijn en ongeoorloofde toegevoegde materie bevat. Nokia vordert in reconventie dat voor recht wordt verklaard dat Orope inbreuk maakt op de octrooien. De rechtbank is van oordeel dat de ordening van de rootsequenties een technisch resultaat oplevert omdat die ordening wordt gebruikt om een technisch probleem op te lossen. Verder is de rechtbank het met Nokia eens dat de octrooien wel nieuw en inventief zijn en er geen ongeoorloofde toegevoegde materie is toegevoegd. De vordering in conventie wordt afgewezen. Tot slot oordeelt de rechtbank dat Orope een aan de octrooihouder Nokia voorbehouden handeling verricht. Door middel van een campagne promoot Orope inbreukmakende producten met daarbij een knop die tot een webshop leidt. De rechtbank oordeelt dat zij hiermee de inbreukmakende toestellen aanbiedt en wijst de eis in reconventie toe.

IEF 20978

Uitspraak ingezonden door Bas Berghuis van Woortman en Daisy Termeulen, Simmons & Simmons, Auke van Hoek en Gert-Jan van den Bergh, Bergh Stoop & Sanders, Berber Brouwer, Walden Grene.

Geen sprake van inbreuk bij waterballonvullers

Hof Den Haag 20 sep 2022, IEF 20978; https://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:GHDHA:2022:1802 (Tinnus Enterprises en Zuru tegen Koopman International), https://ie-forum-be.minab.nl/artikelen/geen-sprake-van-inbreuk-bij-waterballonvullers

Hof Den Haag 20 september 2022, IEF 20978, ECLI:NL:GHDHA:2022:18021 (Tinnus Enterprises en Zuru tegen Koopman International) Tinnus is houder van het octrooi EP 948 getiteld “Apparatus, system and method for filling containers with fluids” en heeft voor de toepassing daarvan een licentie verstrekt aan Zuru. Tinnus stelt dat Koopman inbreuk maakt op EP 948 en dat voor zover het product van Koopman niet aan alle kenmerken van de conclusies zou beantwoorden, sprake is van equivalente inbreuk. Koopman vordert in reconventie vernietiging van het Nederlandse deel van het octrooi, omdat het niet nieuw is, niet inventief en subsidiair niet nawerkbaar is en heeft de inbreuk betwist. De rechtbank Den Haag oordeelde eerder dat EP 948, ook in aangepaste vorm, niet in stand kan blijven wegens een gebrek aan inventiviteit en wees de inbreukvorderingen van Tinnus c.s. af, zie [IEF 19647]. 

IEF 20963

Uitspraak ingezonden door Michiel Rijsdijk en Marlies Wiegerinck, Arnold & Siedsma.

Nederlandse deel octrooi wordt vernietigd

Rechtbank Den Haag 7 sep 2022, IEF 20963; (WLS c.s. tegen FFM), https://ie-forum-be.minab.nl/artikelen/nederlandse-deel-octrooi-wordt-vernietigd

Rb. Den Haag 7 september 2022, IEF 20963, LS&R 2108; C/09/59 1882 / HA ZA 20-410 (WLS c.s. tegen FFM) In dit geding heeft WLS c.s. gevorderd dat het Nederlandse deel van het Europese octrooi van FFM wordt vernietigd. Dit octrooi ziet op de behandeling of preventie van tekorten aan vitamines en mineralen. FFM heeft vervolgens aangekondigd de geldigheid van het Nederlandse deel van het octrooi niet langer te zullen verdedigen. Vanwege deze aankondiging zal het Nederlandse deel door de rechtbank worden vernietigd. FFM wordt veroordeeld in de proceskosten. De rechtbank zet met ingang van 25 januari 2022 een knip in de kosten van WLS c.s.. Dit is namelijk de datum dat FFM heeft aangegeven de geldigheid van het octrooi niet langer te zullen verdedigen waardoor het enige geschilpunt nog de proceskosten betreft. De procedure is hierdoor naar het liquidatietarief overgegaan. Het betoog van FFM dat het zou gaan om een eenvoudige zaak, wordt niet gevolgd door de rechtbank. De kosten voor de advocaat tot 25 januari 2022 worden op €55.000,- begroot. De gemaakte kosten van na 25 januari 2022 worden, met toepassing van het liquidatietarief begroot op €281,50. Met de kosten van de dagvaarding en de kosten aan griffierecht daar bovenop, wordt FFM veroordeeld tot betaling van een bedrag van €56.020,88.

IEF 20938

Aanhouding procedure in afwachting van beslissing Europese Commissie

Hof Amsterdam 23 aug 2022, IEF 20938; ECLI:NL:GHAMS:2022:2417 (Synthon c.s. tegen Teva c.s), https://ie-forum-be.minab.nl/artikelen/aanhouding-procedure-in-afwachting-van-beslissing-europese-commissie

Hof Amsterdam 23 augustus 2022, IEF 20938, LS&R 2102; ECLI:NL:GHAMS:2022:2417 (Synthon c.s. tegen Teva c.s) Tussenuitspraak. Synthon c.s. hebben op onrechtmatige daad en ongerechtvaardigde verrijking gestoelde vorderingen ingesteld tegen Teva c.s.. Zij leggen daaraan ten grondslag dat Teva c.s. hebben geprobeerd te bewerkstelligen dat Synthon c.s. en hun klant Alvolgen de generieke versie van een bepaald geneesmiddel niet of zo laat mogelijk op de markt zouden kunnen brengen door (betrokkenheid bij) het ten onrechte handhaven van octrooien met betrekking tot dat geneesmiddel. Dit arrest gaat over de vraag of de Nederlandse rechter bevoegd is kennis te nemen van de vorderingen tegen Teva Ltd. en over de vraag of de procedure moet worden aangehouden in verband met lopend onderzoek van de Europese Commissie naar mogelijk concurrentieverstorend gedrag van Teva c.s. met betrekking tot Copaxone (de merknaam waaronder Teva c.s. het bedoelde geneesmiddel vermarkt). De zaak wordt aangehouden in afwachting van de beschikking van de Europese Commissie naar aanleiding van onderzoek naar mogelijk concurrentieverstorend gedrag.

IEF 20932

Verzochte inzage dient geen redelijk doel

Rechtbank Den Haag 12 jul 2022, IEF 20932; ECLI:NL:RBDHA:2022:6786 (SEaB en TWT), https://ie-forum-be.minab.nl/artikelen/verzochte-inzage-dient-geen-redelijk-doel

Rb. Den Haag 12 juli 2022, IEF 20932; ECLI:NL:RBDHA:2022:6786 (SEaB tegen TWT) SEaB ontwikkelt duurzame verbeteringsoplossingen voor organisch afval. TWT is een onderneming gespecialiseerd in het op duurzame wijze verwerken van afval. SEaB is houdster van verschillende octrooien. SEaB vordert dat de voorzieningenrechter TWT gebiedt inzage te verschaffen in verschillende bescheiden. Zij voert aan dat ze deze bescheiden nodig heeft om aan te kunnen tonen dat in de verplaatsbare installaties (Waste Transformers) verdere pasteurisatie c.q. thermofiele anaerobe vertering plaatsvindt in kleinere tanks. Voor toewijzing van een vordering tot inzage dient aan verschillende vereisten te worden voldaan. Een van die vereisten is dat eiser partij is bij de rechtsbetrekking waarop het bewijsmateriaal ziet. Een verbintenis uit onrechtmatige daad wegens inbreuk op een recht van intellectuele eigendom geldt als een dergelijke rechtsbetrekking.

IEF 20931

Gedaagden hebben geen dwangsommen verbeurd

Rechtbank Rotterdam 17 aug 2022, IEF 20931; ECLI:NL:RBROT:2022:7392 (Eiser tegen gedaagden), https://ie-forum-be.minab.nl/artikelen/gedaagden-hebben-geen-dwangsommen-verbeurd

Rb. Rotterdam 17 augustus 2022, IEF 20931; ECLI:NL:RBROT:2022:7392 (eiser tegen gedaagden) Deze uitspraak gaat over een geschil met betrekking tot een vergoeding voor gebruik van een uitvinding. Eiser heeft in 2010 een nieuwe productie- en bewerkingsmethode uitgevonden voor een substraat op basis van de bast van kokosnoten. Dit substraat wordt Shakti Amla genoemd. Bij vonnis van 17 juni 2020 werden gedaagden onder meer veroordeeld om eiser verscheidene schriftelijke opgaves te verstrekken betreffende het gebruik van de uitvinding, zulks op straffe van een dwangsom. Gedaagden hebben dit gedaan, maar eiser was niet tevreden met de gedane opgave. Eiser vordert in deze zaak onder meer dat gedaagden worden veroordeeld tot betaling van de verbeurde dwangsommen en schriftelijke opgave van verschillende bescheiden. De rechtbank oordeelt dat gedaagden wel degelijk hebben voldaan aan de, op grond van het vonnis van 17 juni 2020, verplichte opgave.

IEF 20921

Uitspraak ingezonden door Gertjan Kuipers en Carlos van Staveren, De Brauw Blackstone Westbroek.

Procesrechtelijk regime mag niet zomaar aan rechtbank opgelegd worden

Hof Den Haag 31 mei 2022, IEF 20921; (Sonos tegen Google ), https://ie-forum-be.minab.nl/artikelen/procesrechtelijk-regime-mag-niet-zomaar-aan-rechtbank-opgelegd-worden

Hof Den Haag 31 mei 2022, IEF 20921; C/09/607567/HA ZA 21-174 (Sonos tegen Google) Het arrest betreft een vervolg op een vonnis van 17 maart 2021 [IEF 19876]. In haar beslissing van 17 maart 2021 oordeelde de rechtbank Den Haag zich onbevoegd kennis te nemen van de procedure tussen Sonos en Google. Google had deze procedure bij de rechtbank Den Haag ingesteld op basis van het VRO. De rechtbank Den Haag verwees de zaak naar de rechtbank Midden-Nederland. Ondanks haar onbevoegdheid legde de rechtbank Den Haag het VRO op aan de rechtbank Midden-Nederland die dat regime niet kent. Sonos kwam in appel van deze beslissing.

IEF 20880

Geen inbreuk op octrooi bloemenopslag

Rechtbank Den Haag 10 aug 2022, IEF 20880; ECLI:NL:RBDHA:2022:8015 (Floration tegen RFH), https://ie-forum-be.minab.nl/artikelen/geen-inbreuk-op-octrooi-bloemenopslag

Rechtbank Den Haag 10 augustus 2022, IEF 20880; ECLI:NL:RBDHA:2022:8015 (Floration tegen RFH) Octrooizaak over opslag bloemen. Bodemprocedure na kort geding uitspraak [IEF 19894]. Floration is een bedrijf dat zich bezighoudt met de lease van niet-financiële activa en het exploiteren van een octrooi. Zij is tevens houdster van octrooi EP 036, een octrooi voor een werkwijze voor lange-termijn opslag of transport van rozen of chrysanten. Kwekerij-coöperatie RFH is gaan experimenteren met vervoer van rozen vanuit Kenia in zeecontainers en zou hierbij volgens Floration inbreuk hebben gemaakt op haar octrooi EP 036. De partijen verschillen onder meer van mening over de term 'ethyleenregulerend'. Naar het oordeel van de rechtbank gaat Floration uit van een te ruime uitleg van dit begrip en daarmee van een te ruime beschermingsomvang. RFH moet worden gevolgd in haar stelling dat een verpakking met openingen die ethyleen doorlaten, zonder dat nadere op de regulatie van ethyleen gerichte maatregelen zijn getroffen, niet als ethyleenregulerend in de zin van het octrooi kan worden aangemerkt. De vorderingen van Floriation worden afgewezen.

IEF 20874

Geen verplichting tot betaling deel van eigen ontvangsten

Rechtbank Amsterdam 20 jul 2022, IEF 20874; ECLI:NL:RBAMS:2022:4047 (VUmc tegen gedaagden ), https://ie-forum-be.minab.nl/artikelen/geen-verplichting-tot-betaling-deel-van-eigen-ontvangsten

Rb. Amsterdam 20 juli 2022, IEF 20874, LS&R 2092; ECLI:NL:RBAMS:2022:4047 (VUmc tegen gedaagden) Het VUmc houdt zich onder andere bezig met het verrichten van medisch wetenschappelijk onderzoek. Gedaagden zijn onderzoekers. Gedaagden hebben tussen 2008 en 2010 een methode ontwikkeld om tumoren te kunnen opsporen. De aanspraak op octrooirechten komt toe aan het VUmc. Het VUmc verleende in 2012 een exclusieve licentie op de octrooien aan de vennootschap die is opgericht door gedaagden. In 2013 hebben gedaagden en het VUmc afspraken rondom de exit fee vastgelegd in een profit sharing agreement (PSA). Vervolgens is er tussen partijen discussie ontstaan over de uitleg van gemaakte afspraken. Het VUmc vordert onder meer dat de rechtbank voor recht verklaart dat het VUmc niet verplicht is om aan gedaagden een gedeelte te betalen van wat het VUmc zelf ontvangt onder de PSA. Het standpunt van gedaagden dat zij gedwaald zouden hebben ten aanzien van de invulling van het progressieve tarief in de PSA wordt niet gevolgd door de rechtbank. De gevorderde verklaring voor recht dat het VUmc niet verplicht is gedaagden een gedeelte te betalen van wat het zelf ontvangt onder de PSA en dat gedaagden geen recht hebben op een dergelijke betaling, wordt toegewezen.