Octrooirecht  

IEF 22925

Janssen behoudt octrooi op behandeling van darmziekte colitis ulcerosa

Rechtbank Den Haag 10 sep 2025, IEF 22925; ECLI:NL:RBDHA:2025:16766 (SB tegen Janssen), https://ie-forum-be.minab.nl/artikelen/janssen-behoudt-octrooi-op-behandeling-van-darmziekte-colitis-ulcerosa

Rb. Den Haag 10 september 2025, IEF 22925; LS&R 2314; ECLI:NL:RBDHA:2025:16766 (SB tegen Janssen). In een recent vonnis staat de geldigheid van een Europees octrooi van Janssen ter discussie naar aanleiding van een door Samsung Bioepis (SB) aangespannen procedure. SB behoort tot de Samsung Bioepis-groep die deel uitmaakt van het Samsung-concern. De Samsung Bioepis-groep is een biofarmaceutische bedrijvengroep die zich bezighoudt met het vervaardigen van generieke biologische middelen. Janssen is onderdeel van de Johnson & Johnson-groep, een farmaceutisch concern dat wereldwijd actief is op het gebied van de ontwikkeling, productie en verhandeling van geneesmiddelen. Het octrooi is voortgekomen uit de fase III-studie UNIFI en heeft betrekking op de behandeling van patiënten met matig tot ernstig actieve colitis ulcerosa met ustekinumab, waarbij wordt aangetoond dat corticosteroïd-vrije klinische remissie (CSFCR) kan worden bereikt 44 weken na de start van de onderhoudsfase. SB vordert de vernietiging van EP 606 met veroordeling van Janssen in de redelijke en evenredige proceskosten. Janssen voert verweer: niet-ontvankelijkheid dan wel afwijzing van de vorderingen. Conclusiekenmerk 2.5 staat in het debat tussen partijen centraal. Volgens de rechtbank is de beschrijving van de gemiddelde vakpersoon door SB te beperkt en van Janssen te ruim. De gemiddelde vakpersoon is naar het oordeel van de rechtbank een maag-, darm en leverarts met een specialisatie in de behandeling van darmontstekingsziektes (zoals UC en CD) die ook betrokken is bij en (daarmee) kennis heeft van klinische studies met betrekking tot de ontwikkeling van nieuwe behandelingen voor dergelijke aandoeningen. De door SB aangedragen documenten ontnemen niet de nieuwheid aan conclusie 1. Alle volgconclusies zijn direct of indirect afhankelijk van conclusie 1, en dus ook nieuw. SB bestrijdt de nieuwheid van conclusiekenmerk 2.5 ook met een beroep op publiek voorgebruik, dit betoog faalt. Een uitvinding wordt als het resultaat van uitvinderswerkzaamheid aangemerkt als deze voor de gemiddelde vakpersoon niet op een voor de hand liggende wijze voortvloeit uit de stand van de techniek. Hiervoor hebben partijen de PSA gebruikt, de rechtbank volgt hen hierin.  

IEF 22917

Hof ’s-Hertogenbosch bekrachtigt faillissement na geschil over octrooiovereenkomst

Hof 's-Hertogenbosch 22 mei 2025, IEF 22917; ECLI:NL:GHSHE:2025:1443 ([B.V. 1] B.V. tegen [B.V. 2] B.V. en [geïntimeerde 2]), https://ie-forum-be.minab.nl/artikelen/hof-s-hertogenbosch-bekrachtigt-faillissement-na-geschil-over-octrooiovereenkomst

Hof 's-Hertogenbosch 22 mei 2025, IEF 22917; ECLI:NL:GHSHE:2025:1443 ([appellant] tegen [geïntimeerden]). Het Gerechtshof ’s-Hertogenbosch bekrachtigt op 22 mei 2025 het vonnis van de rechtbank Limburg van 25 maart 2025, waarbij het verzet van [B.V. 1] B.V. tegen haar faillietverklaring ongegrond wordt verklaard. De rechtbank verklaart [appellant] eerder, op 25 februari 2025, failliet op verzoek van [geïntimeerde 2], nadat [appellant] een eerdere veroordeling van 2 oktober 2024 niet nakomt. Die veroordeling vloeit voort uit een geschil over de nakoming van een overeenkomst tot overdracht van octrooirechten, waarin is bepaald dat [appellant] 4% van de netto-opbrengst per verkochte machine aan [geïntimeerde 2] moet betalen. De rechtbank oordeelt dat [appellant] tekortschiet in de nakoming, dat de ontbinding door [geïntimeerde 2] terecht is en veroordeelt [appellant] tot betaling van in totaal € 78.272,55, vermeerderd met rente en kosten.

IEF 22896

Opname generiek in G-Standaard vóór einde ABC is inbreuk

Rechtbank Den Haag 27 aug 2025, IEF 22896; ECLI:NL:RBDHA:2025:16044 (Novartis tegen Glenmark), https://ie-forum-be.minab.nl/artikelen/opname-generiek-in-g-standaard-voor-einde-abc-is-inbreuk

Rb. Den Haag 27 augustus 2025, IEF 22896; LS&R 2312; ECLI:NL:RBDHA:2025:16044 (Novartis tegen Glenmark). De voorzieningenrechter Den Haag heeft geoordeeld dat Glenmark inbreuk maakte op het aanvullend beschermingscertificaat (ABC) van Novartis voor het geneesmiddel eltrombopag (Revolade®) door haar generieke variant vanaf 1 september 2025 in de G-Standaard te laten opnemen, terwijl het ABC nog tot en met 14 september 2025 liep. Volgens vaste rechtspraak geldt opname in de G-Standaard als een “aanbieden” in de zin van art. 53 ROW, en dus als een inbreukhandeling. Het verweer dat het slechts om de laatste twee weken van de beschermingsperiode ging en dat Europese ontwikkelingen zoals de stockpiling waiver en een voorgenomen uitbreiding van de Bolar-exceptie ruimte laten voor voorbereidingshandelingen, werd verworpen: opname in de G-Standaard valt niet onder deze uitzonderingen en Novartis heeft recht op volledige exclusiviteit zolang het ABC geldt.

IEF 22849

Geen innovatiebox voor VS-licentie op Nederlands octrooi

Rechtbank Noord-Nederland 22 jul 2025, IEF 22849; ECLI:NL:RBNNE:2025:3048 (Eiseres tegen de inspecteur van de Belastingdienst), https://ie-forum-be.minab.nl/artikelen/geen-innovatiebox-voor-vs-licentie-op-nederlands-octrooi

Rb. Noord-Nederland 22 juli 2025, IEF 22849; ECLI:NL:RBNNE:2025:3048 (eiseres tegen de inspecteur van de Belastingdienst). De rechtbank beoordeelt het beroep van eiseres tegen de aanslag vennootschapsbelasting 2019 en de belastingrentebeschikking. Eiseres vormt met drie dochtervennootschappen een fiscale eenheid. [X] is enig bestuurder en certificaathouder. In 2016 dient [X] Beheer B.V. een Nederlandse octrooiaanvraag in voor een uitvinding met betrekking tot [Q]; het octrooi wordt in 2018 verleend. Op 30 december 2019 sluiten [X] Beheer B.V. en eiseres een licentieovereenkomst met twee in de Verenigde Staten gevestigde vennootschappen, waarbij zij een exclusief gebruiksrecht verlenen voor exploitatie van het octrooi in de VS. [B] Inc. betaalt diezelfde dag $ 300.000. In de aangifte vennootschapsbelasting 2019 merkt eiseres dit bedrag aan als voordeel uit de innovatiebox en vermeldt dat zij overleg wil met de Belastingdienst. In een latere, gewijzigde aangifte neemt zij een liquidatieverlies op. De inspecteur corrigeert onder meer het niet in aanmerking te nemen voordeel innovatiebox. Eiseres stelt primair dat zij in aanmerking komt voor toepassing van de innovatiebox en dat zij de van [B] Inc. ontvangen gelden mag aanmerken als een kwalificerend voordeel. Zij voert aan dat dit voordeel voortvloeit uit een door haar voortgebracht immaterieel activum, zodat het kan worden belast tegen een lager effectief tarief. Zij beroept zich hierbij op afgegeven S&O-verklaringen, die dienen als toegangsbewijs voor de innovatiebox. Verder stelt zij dat de inspecteur het fair play-beginsel heeft geschonden. Subsidiair beroept zij zich op overgangsrecht, omdat voor het activum een octrooi is verleend. Meer subsidiair wil zij een forfaitaire berekeningsmethode toepassen. Als de innovatiebox niet (geheel) mag worden toegepast, stelt zij dat de van [B] Inc. ontvangen gelden als informele kapitaalstorting moeten worden aangemerkt.

IEF 22800

Rechtbank vernietigt Nederlands deel van octrooi van KPN

Rechtbank Den Haag 2 jul 2025, IEF 22800; ECLI:NL:RBDHA:2025:11810 (VerifyIP tegen KPN), https://ie-forum-be.minab.nl/artikelen/rechtbank-vernietigt-nederlands-deel-van-octrooi-van-kpn

Rb. Den Haag 2 juli 2025, IEF 22800, IT 4910; ECLI:NL:RBDHA:2025:11810 (VerifyIP tegen KPN). VerifyIP treedt in deze procedure op krachtens lastgeving van Oppo. VerifyIP is een Nederlandse vennootschap die het doel heeft om het Nederlandse deel van Europees octrooi EP 033 van KPN te vernietigen. Tot de stand van de techniek behoort een Amerikaanse octrooiaanvrage (hierna: Mooney) voor een octrooi op een methode voor het verstrekken van toegangsinformatie aan een toegangsterminal. In deze procedure vordert VerifyIP vernietiging van het Nederlandse deel van EP 033. Op de prioriteitsdatum zou het octrooi niet nieuw en niet inventief zijn gelet op onder meer Mooney en de GPRS-standaard. Daarnaast zou het octrooi toegevoegde materie bevatten. KPN voert het verweer dat VerifyIP niet-ontvankelijk is en/of dat de vorderingen moeten worden afgewezen.

IEF 22797

Geen spoedeisend belang bij schorsing in afwachting van derdenverzet over uitvinderschap

Rechtbank Den Haag 1 jul 2025, IEF 22797; ECLI:NL:RBDHA:2025:11563 (eiser tegen TI-Holdings en gedaagde), https://ie-forum-be.minab.nl/artikelen/geen-spoedeisend-belang-bij-schorsing-in-afwachting-van-derdenverzet-over-uitvinderschap

Vzr. Rb. Den Haag 1 juli 2025, IEF 22797; ECLI:NL:RBDHA:2025:11563 (eiser tegen TI-Holdings en gedaagde). De in Monaco gevestigde rechtspersoon MC2020 is houder van een octrooi op de uitvinding die is getiteld ‘Ondoleur Termique’. In dit octrooi is [naam] als uitvinder vermeld. MC2020 heeft meerdere octrooiaanvragen ingediend, waaronder WO 047 en EP 495. MC2020 heeft de octrooiaanvragen bij akte overgedragen aan TI-Holdings. Dit is een Nederlandse onderneming die zich bezighoudt met de ontwikkeling van duurzame technologie. Bij vonnis van rechtbank Den Haag heeft de rechtbank voor recht verklaard dat gedaagde als uitvinder rechthebbende is ten aanzien van EP 495 en WO 047 en daarvan afgeleide (octrooi)aanvragen en verleende rechten. Daarnaast stelde de rechtbank vast dat [naam] en eiser geen uitvinders zijn van EP 495 en WO 047. TI-Holdings werd bevolen om de octrooien/octrooiaanvragen en verleende rechten over te dragen aan gedaagde.

IEF 22789

G 1/23 verduidelijkt G 1/92: marktproduct behoort tot stand van de techniek, ook zonder reproduceerbaarheid

EOB 2 jul 2025, IEF 22789; (Borealis tegen Mitsui Chemicals), https://ie-forum-be.minab.nl/artikelen/g-1-23-verduidelijkt-g-1-92-marktproduct-behoort-tot-stand-van-de-techniek-ook-zonder-reproduceerbaarheid

EOB Grote Kamer van Beroep 2 juli 2025, IEF 22789, IEFbe 3935; G 0001/23 (Borealis tegen Mitsui Chemicals). Procedure T 0438/19 bij de Technische Kamer van Beroep van het Europees Octrooibureau (hierna: EOB) ging over een Europese octrooiaanvraag waarbij ENGAGE® 8400 als meest nabije stand van de techniek werd beschouwd. Dit is een thermoplastisch elastomeer dat wordt gebruikt als inkapselingsmateriaal voor zonnepanelen. ENGAGE® 8400 is een commercieel verkrijgbaar product, maar de exacte samenstelling en interne structuur ervan zijn niet publiek bekend. Wel zijn er technische brochures en monsters beschikbaar. De centrale vraag in die procedure was of een dergelijk product tot de stand van de techniek behoort in de zin van artikel 54 lid 2 EOV, als de gemiddelde vakman het niet zonder onevenredige moeite kan analyseren of exact reproduceren. De octrooihouder stelde dat ENGAGE® 8400 daarom niet tot de stand van de techniek behoort, terwijl de opposant aanvoerde dat dit wel het geval is, omdat het product openbaar verkrijgbaar is en bepaalde eigenschappen ervan bekend zijn. Omdat hierover juridische onduidelijkheid bestond, had de Technische Kamer van Beroep besloten om prejudiciële vragen voor te leggen aan de Grote Kamer van Beroep.

IEF 22774

CureVac krijgt toestemming voor getuigenverhoor in octrooizaak tegen Stichting AUMC

Rechtbank Den Haag 20 jun 2025, IEF 22774; ECLI:NL:RBDHA:2025:11025 (CureVac tegen Stichting AUMC), https://ie-forum-be.minab.nl/artikelen/curevac-krijgt-toestemming-voor-getuigenverhoor-in-octrooizaak-tegen-stichting-aumc

Rb. Den Haag 20 juni 2025, IEF 22774, LSR 2303; ECLI:NL:RBDHA:2025:11025 (CureVac tegen Stichting AUMC). CureVac SE is de moedervennootschap van het Duitse biofarmaceutisch CureVac-concern. Stichting Amsterdam UMC (hierna: Stichting AUMC) is een academisch ziekenhuis dat onder andere wetenschappelijk onderzoek doet.[Naam 6] en [naam 7], beiden verbonden aan de Stichting AUMC, deden in 2018 gezamenlijk onderzoek naar frameshiftmutaties en bijbehorende peptiden (NOPs) in tumoren, gericht op de ontwikkeling van kankervaccins. [Naam 6] diende in 2018 een octrooi-aanvrage in met zijn naam als enig uitvinder. Kort daarop richtte hij het bedrijf Frame Pharmaceuticals (hierna: Frame) op en werd dit bedrijf houder van het octrooi. Frame is in 2021 overgenomen door CureVac N.V. In een e-mail van 14 januari 2019 verklaarde prof. [naam 8], destijds bestuurder bij het AMC/VUmc, namens het AMC dat geen aanspraak zou worden gemaakt op aandelen of intellectuele eigendom van Frame. Frame diende hierna zes prioriteitsaanvragen (hierna: de Prioriteitsaanvragen) en zeven internationale octrooi-aanvragen (hierna: de Octrooiaanvragen) in. Voorafgaand aan de Octrooiaanvragen hebben gesprekken plaatsgevonden is een Research Services Agreement (hierna: SA) tot stand gekomen tussen de Stichting en Frame. Naar aanleiding van een artikel van het NRC is een onderzoek gestart naar de totstandkoming van de uitvindingen. De conclusie hiervan is dat de uitvindingen het resultaat zijn van de intensieve samenwerking tussen [naam 6] en [naam 7] en dat essentiële onderdelen afkomstig zijn van [naam 7]. Stichting AUMC meent daarom dat [naam 7] als mede-uitvinder moet worden vermeld op de Octrooiaanvragen en is deze procedure gestart. 

IEF 22772

HvJEU verduidelijkt verhouding tussen kwade trouw en absolute weigeringsgronden bij merkaanvraag na octrooiverval

HvJ EU 19 jun 2025, IEF 22772; ECLI:EU:C:2025:455 (CeramTec tegen Coorstek Bioceramics), https://ie-forum-be.minab.nl/artikelen/hvjeu-verduidelijkt-verhouding-tussen-kwade-trouw-en-absolute-weigeringsgronden-bij-merkaanvraag-na-octrooiverval

HvJEU 19 juni 2025, IEF 22772, IEFbe 3928; ECLI:EU:C:2025:455 (CeramTec tegen Coorstek Bioceramics). Deze zaak speelt zich af tussen CeramTec GmbH, een Duitse fabrikant van technische keramische onderdelen voor implantaten, en Coorstek Bioceramics LLC, een Amerikaanse producent van vergelijkbare medische keramiek. CeramTec heeft kort na het vervallen van haar Europees octrooi voor composietmateriaal drie Uniemerken aangevraagd: een roze kleur-, beeld- en driedimensionaal merk in roze voor keramische heup- en kniedelen. CeramTec stelt dat Coorstek inbreuk maakt op deze merken. Volgens Coorstek zijn de merken ongeldig omdat zij onder absolute weigeringsgronden vallen en omdat CeramTec de merkaanvragen te kwader trouw heeft ingediend. De cour d’appel de Paris heeft de merken op die laatste grond nietig verklaard. CeramTec betwist dat kwade trouw hier van toepassing is en stelt dat deze grond niet mag worden gebruikt om het toepassingsbereik van artikel 7 te omzeilen. De Cour de cassation heeft het Hof van Justitie verzocht om uitlegging van de verhouding tussen de gronden van nietigheid wegens kwade trouw en de absolute weigeringsgronden. Centraal staat of kwade trouw mag worden aangenomen wanneer een merk is aangevraagd met het doel een technisch monopolie te verlengen dat eerder onder octrooi viel, en hoe artikel 7 en artikel 52 van de merkenverordening zich tot elkaar verhouden.

IEF 22742

Beslissing van het Bundespatentgericht over een Europees octrooi met betrekking tot enzalutamide: motivering van de beslissing

Duitse Gerechten 8 apr 2025, IEF 22742; (Hexal, Accord, Synthon en STADA tegen The Regents of the University of California en Astellas), https://ie-forum-be.minab.nl/artikelen/beslissing-van-het-bundespatentgericht-over-een-europees-octrooi-met-betrekking-tot-enzalutamide-motivering-van-de-beslissing

Bundespatentgericht 8 april 2025, IEF 22742, LS&R 2299 (Hexal, Accord, Synthon en STADA tegen The Regents of the University of California en Astellas). Op 15 april 2025 is een bericht gepubliceerd over de beslissing van het Bundespatentgericht van 8 april 2025 in de zaak tussen, enerzijds, Hexal, Accord, Synthon en STADA en, anderzijds, The Regents of the University of California (houder van Europees octrooi EP 1 893 196 B2 met betrekking tot de werkzame stof enzalutamide) en Astellas (houder van een exclusieve sublicentie met betrekking tot het octrooi) [zie IEF 22655]. Enzalutamide vormt de basis voor het geneesmiddel Xtandi®, een geneesmiddel dat zeer succesvol is gebleken bij de levensverlengende behandeling van prostaatkanker. De motivering van die beslissing is nu beschikbaar.