Merkenrecht  

IEF 4993

Kleurenmaffia

comp.gifHet AD bericht dat Deutsche Telekom het Zwolse ICT bedrijf Compello heeft gesommeerd om de kleur magenta uit haar nieuwe logo te verwijderen. Volgens de advocate van DT, Linda Brouwer, is de kleur magenta in relatie tot telecommunicatie en ICT alleen voorbehouden aan Deutsche Telekom AG.

"We investeren heel veel reclamegeld in de merken T-Mobile (telecommunicatie) en T-Systems (ict). De kleur magenta is onderdeel van het beeldmerk van die bedrijven en als zodanig vastgelegd. We beschermen deze rechten door advocaten bedrijven te laten aanschrijven die deze kleur gebruiken,’’ aldus Anna Bischof van DT. ,,Kleurenmaffia. Dat is het,’’ reageert directeur Giesbers op de sommatie.. ,,Het is toch van de zotte dat niemand meer deze basiskleur kan gebruiken. Ik heb besloten om er een zaak van te maken.’’

Lees hier meer.

IEF 4969

De vorm van een ronde tafel (2)

union.gifDe UNION of European Practitioners in Intellectual Property heeft op 25 oktober 2007 een succesvolle ronde tafel bijeenkomst gehouden over het beschermen van de vorm van een product. Deelnemers hieraan kwamen uit heel Europa. De bijeenkomst vond plaats in het Kurhaus te Schevingen, waardoor het ook een groot aantal Nederlandse deelnemers trok.

Het onderwerp werd behandeld vanuit drie verschillende invalshoeken. Willem Hoorneman (CMS Derks Star Busman) behandelde vooral de beperking aan het beschermen van vormen die op esthetische overwegingen gegrond zijn. Bas Pinckaers (Van Doorne N.V.) besprak de vergelijkbare uitsluiting op grond van een technische effect. David Musker (R.G.C. Jenkins & Co.) liet zien hoe groot de verschillen tussen de EU-lidstaten zijn, door aan te geven wat er in Groot-Brittanië wel en niet mag.

 Een algemene conclusie is dat EU-wetgeving en vooral de gerelateerde EU-jurisprudentie het vrijwel onmogelijk maken een 3-dimensionaal merk te beschermen. Voor het beschermen van een 3-D vorm lijkt meer ruimte te zijn. Op nationaal niveau is er vaak een traditie waarin 3D-vormmerken wel mochten en lijken rechters niet altijd van harte in de Europese lijn mee te willen gaan. Dit is niet altijd in het voordeel van de houder van een recht: zo is er een Nederlandse uitspraak die 3D-modellen niet positiever beoordeelt dan vormmerken.

Helemaal groot worden de nationale verschillen als het gaat om auteursrecht en slaafse nabootsing. Bovendien kent bijvoorbeeld Engeland nog een nationaal ongeregistreerd model, dat ruime mogelijkheden biedt voor het beschermen van producten. De effectieve looptijd hiervan is weliswaar kort, maar de drempel is ook laag.

De bijeenkomst werd afgesloten met een druk bezochte receptie. Eind mei volgend jaar zal het grote congres van Union plaatsvinden te Porto (zie hier) (zie eerder bericht round table hier).

IEF 4967

Eerst even voor jezelf lezen

Rechtbank ’s-Gravenhage, 25 oktober 2007, KG ZA 07-1029, Internationales Lizenzbüro Deutsche Saatgutgesellschaft Mbh tegen Van Den Bos

“4.3. ILDS heeft de stelling dat Bos nog altijd planten te koop aanbiedt onder de  benaming 'SCHNEEBALL' op geen enkele wijze aannemelijk gemaakt. Eveneens ontbreekt  iedere aanwijzing dat Bos na december 2004 nog Hydrangea van het ras 'Elbtal' heeft  gekweekt of verhandeld. De gevorderde voorzieningen dienen derhalve te worden  afgewezen.”

Lees het vonnis hier.

Rechtbank ’s-Gravenhage, 24 oktober 2007, HA ZA 06-2669, Getronics Pinkroccade Nederland B.V. tegen Computer Applications B.V.

“4.1. In deze procedure is komen vast te staan dat CSA geen originele Cisco-GBIC's aan GPR heeft geleverd, maar namaak Cisco-GBIC's (counterfeit). Dat levert wanprestatie op jegens GPR (en mogelijk merkinbreuk jegens Cisco), ter zake van welke wanprestatie CSA aansprakelijk kan worden gehouden voor de dientengevolge door GPR geleden schade.”

Lees het vonnis hier.

Rechtbank ’s-Gravenhage, 24 oktober 2007, HA ZA 06-88, Dharma Productions Private Ltd. C.S. Singh Kainth c.s.

“2.1. Eisers stellen dat Dharma producent en auteursrechthebbende is van de speelfilm 'Kaal' en dat Sewnarain licentiehouder is van de auteursrechten op de film voor Nederland. Volgens eisers hebben gedaagden dvd's van de film zonder toestemming van eisers verkocht dan wel verhuurd (…).”

Lees het vonnis hier.

IEF 4965

Eerst even voor jezelf lezen

develey.gifHvJ EG, 25 oktober 2007, zaak C-238/06 P, Develey Holding GmbH & Co. Beteiligungs KG tegen OHIM.

Weigering vormmerk plastic fles, geen onderscheidend vermogen, ook niet in hoger beroep. 

“58. Het is bijgevolg niet alleen mogelijk dat wegens taalkundige, culturele, sociale en economische verschillen een merk dat in een lidstaat onderscheidend vermogen mist, in een andere lidstaat wel onderscheidend vermogen bezit (zie in die zin arrest van 9 maart 2006, Matratzen Concord, C-421/04, Jurispr. blz. I-2303, punt 25, en, mutatis mutandis, over de misleidende aard van een merk, arrest van 26 november 1996, Graffione, C-313/94, Jurispr. blz. I-6039, punt 22), maar ook dat een merk zonder onderscheidend vermogen op gemeenschapsniveau, in een lidstaat van de Gemeenschap wel onderscheidend vermogen bezit.”

Lees het arrest hier.

IEF 4963

Een regio, een arrondissement, een stad

ft.gifHvJ EG, 13. September 2007, conclusie A-G Paolo Mengozzi, zaak C-328/06, Prejudiciële vragen Rb Koophandel Barcelona in de zaak Alfredo Nieto Nuño tegen Leonci Monlleó Franquet (geen Nederlanse versie beschikbaar).

Vraag: Heeft de "algemene bekendheid" van een merk in een lidstaat in de zin van artikel 4 MRL uitsluitend betrekking op de mate van bekendheid en verspreiding in een lidstaat van de Europese Unie of op een belangrijk deel van het grondgebied van deze staat, of kan de algemene bekendheid van een merk worden gekoppeld aan een territoriaal gebied dat niet overeenstemt met het grondgebied van een staat, maar met dat van een autonome gemeenschap, een regio, een arrondissement of een stad, naar gelang van de door het merk beschermde waar of dienst en van degenen voor wie het merk daadwerkelijk bedoeld is, kortom naar gelang van de markt waarop het merk wordt gebruikt?

Suggestie antwoord: Ja, dat kan, althans dat is niet per definitie verboden. Art. 4 Abs. 2 ist dahin auszulegen, dass es dieser Bestimmung nicht zuwiderläuft, dass das Hindernis für die Eintragung einer Marke und der Grund für ihre Ungültigkeit, die in dieser Vorschrift vorgesehen werden, auch dann anwendbar sind, wenn die in Frage stehende ältere Marke, die in einem Mitgliedstaat zwar benutzt, aber nicht eingetragen wurde, nicht im gesamten Hoheitsgebiet dieses Staates oder in einem wesentlichen Teil hiervon, sondern nur in einem engeren geografischen Bereich notorisch bekannt ist.

Lees de conclusie hier.

IEF 4962

Sluitsteen BVIE & BOIE

bbiezet.gifOndertekening Zetelovereenkomst voor de Benelux-Organisatie voor de Intellectuele Eigendom (merken en tekeningen of modellen). Op 10 oktober 2007 hebben de Nederlandse Staatssecretaris van Europese Zaken, Frans Timmermans en de Directeur-Generaal van de Benelux-Organisatie voor de Intellectuele Eigendom, Edmond Simon, de zetelovereenkomst tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de in Den Haag gevestigde Benelux-Organisatie ondertekend.

De zetelovereenkomst geeft uitvoering aan het Protocol inzake Voorrechten en Immuniteiten van de BOIE en heeft tot doel het goed functioneren van de BOIE en de beveiliging van haar belangen te waarborgen. Het regelt een aantal zaken tussen de internationale organisatie BOIE en het gastland Nederland op het gebied van onschendbaarheid, voorrechten en immuniteiten, tewerkstelling en de verblijfsrechten voor personeel. De zetelovereenkomst vormt het sluitstuk van de definitieve erkenning van de BOIE als internationale organisatie. De zetelovereenkomst schakelt bepaalde personeelsleden van de BOIE gelijk met diplomatieke ambtenaren.Met het sluiten van de overeenkomst zijn de werkzaamheden aan het BVIE en het instellen van de BOIE afgerond.

Nederlandse tekst zetelovereenkomst hier. Franse tekst hier. Lees het persbericht hier.

IEF 4959

Boip Berichten

Berichten van de BOIP website:

1. "Op 10 oktober 2007 hebben de Nederlandse Staatssecretaris van Europese Zaken, Frans Timmermans en de Directeur-Generaal van de Benelux-Organisatie voor de Intellectuele Eigendom, Edmond Simon, de zetelovereenkomst tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de in Den Haag gevestigde Benelux-Organisatie ondertekend."

Lees hier meer

2. Aangepaste procedure voor opschorting opposities bij een rechterlijke vordering

Lees hier meer

IEF 4950

Alkoholischer Getränke

caipi.gifGvEa, 23 oktober 2007, zaak T-405/04 Borco-Marken-Import Matthiesen GmbH & Co tegen OHIM (alleen beschikbaar in het Duits en het Frans).

Weigering inschrijving Gemeenschapsmerkaanvrage woordmerk Caipi. Caipi is beschrijvend voor  “alkoholischer Getränke, das Wort „Caipi“ als verkürzte Bezeichnung eines alkoholischen Getränks betrachteten, nämlich des Cocktails mit der Bezeichnung „Caipirinha“.” Google overtuigt ook het Gerecht dat woordenboeken niet zaligmakend zijn.

“35. So ist das Gericht hinsichtlich der relevanten Bedeutung des Wortzeichens der Auffassung, dass die von der Prüferin und der Beschwerdekammer (vgl. Randnr. 17 der angefochtenen Entscheidung) angeführten Beispiele und die Zahl der Fundstellen, auf die die Beschwerdekammer in Randnr. 20 ihrer Entscheidung Bezug genommen hat (40 000 Treffer für den Ausdruck „Caipi“ nur mit der Suchmaschine Google und 12 500 Treffer für die Wörter „Caipi Cocktail“), als Nachweis dafür genügen, dass das Wort „Caipi“ zu den im gängigen Sprachgebrauch verwendeten Ausdrücken für die Bezeichnung des Cocktails Caipirinha gehört und dem relevanten Publikum in dieser Bedeutung bekannt ist. Dieses Verständnis des relevanten Publikums kann nicht allein deshalb außer Betracht gelassen werden, weil das streitige Wort nicht in Wörterbüchern stehen soll.”

Het Gerecht ziet ook verder geen reden om het woordmerk Caipi toch in te schrijven en wijst de klacht af. 

Lees het arrest hier

IEF 4947

Geschikt

Persconferentie Euro-commissaris Neelie Kroes: "Ladies and Gentlemen,  I want to report to you today that Microsoft has finally agreed to comply with its obligations under the 2004 Commission decision, which was upheld last month by the Court of First Instance. I have been in almost daily contact with Steve Ballmer over the last two or three weeks. As a result of final contacts that took place early this morning, I am now in a position to present to you the results of those highly constructive conversations."

Lees hier meer. Arrest GvEA hier.

IEF 4914

Botcement (bodem)

botcement.gifRechtbank ’s-Hertogenbosch 10 oktober 2007, Heraeus Kulzer GmbH tegen Biomet Nederland B.V. c.s. (met dank aan Willem Leppink, Simmons & Simmons).

Geschil tussen twee producenten van botcement over misleidende reclame, onrechtmatig handelen en merkinbreuk. Na een kort geding in twee instanties volgt nu het vonnis in de bodemprocedure.

Heraeus brengt botcement op de markt onder het merk Palacos. Biomet is een voormalige licentienemer van Heraeus. Tijdens de samenwerking werd door Biomet botcement verhandeld onder de naam Refobacin Palacos. Per 31 augustus 2005 heeft Heraeus de samenwerking met Biomet beëindigd. Nadien heeft Biomet zelf een botcement ontwikkeld dat zij verhandelt onder de naam Refobacin Bone Cement R. Biomet brengt dit product op de markt onder dezelfde productnummer en in dezelfde verpakkingen die zij ten tijde van de relatie met Hareaus gebruikte voor Refobacin Palacos. Biomet heeft haar nieuwe product Refobacin Bone Cement R aan klanten geïntroduceerd door middel van een mailing waarin onder het volgende is vermeld: “Alle producteigenschappen van ons antibioticumhoudend cement, inclusief de artikelnummers en prijsstelling, blijven ongewijzigd. In de komende maanden zullen alle andere Biomet Europe cementproducten ook een nieuwe krijgen.”

 

Volgens de rechtbank is de inhoud van de mailing misleidend. In de mailing wordt Refobacin Bone Cement R door Biomet ten onrechte gepresenteerd als een product dat gelijk is aan Refobacin Palacos, terwijl vast is komen te staan dat de producteigenschappen in elk geval op twee punten van elkaar verschillen. Dat het wellicht wel gaat om een gelijkwaardig product, en dat de mailing is gericht aan professionele gebruikers met verstand van botcement, doet hieraan niet af. Biomet heeft zich in reclame voor haar nieuwe product Refobacin Bone Cement R ook ten onrechte beroepen op onderzoeksresultaten uit klinische studies die betrekking hebben Refobacin Palacos.

Volgens de rechtbank is het niet (meer) onrechtmatig dat Biomet voor haar nieuwe product dezelfde verpakkingen en dezelfde productnummers gebruikt als voor Refobacin Palacos. Door handhaving van dezelfde productnummers is weliswaar verwarring ontstaan bij afnemers, maar het risico op verwarring (ook door de productverpakkingen) is inmiddels in voldoende mate weggenomen doordat Biomet op grond van de veroordeling in kort geding op grote schaal rectificaties heeft verzonden.

Ten aanzien van de vorderingen op grond van merkinbreuk overweegt de rechtbank dat Heraeus Biomet er niet van kan weerhouden om na de periode van samenwerking op zakelijke wijze te verwijzen naar de voorheen door haar gevoerde producten, met inbegrip van het merk Palacos, met het doel de afnemers omtrent de veranderingen te informeren. Dit rechtvaardigt volgens de rechtbank een voorbehoud op het uit te spreken inbreukverbod.

Lees het vonnis hier. Eerdere uitspraken vanaf hier