Perspublicatie politie rechtmatig, voorlichting huiszoeking voor de hand liggend
Hof Den Haag 15 januari 2019, IEF 18201; IT 2708 (Perspublicatie politie) Mediarecht. Privacy. Geïntimeerde is in zijn woning aangehouden op verdenking van heling van autoradio's. Na aanhouding is zijn woning met toestemming van de R-C doorzocht. De politie heeft hierover een persbericht geplaatst. De rechtbank stelt dat de politie deze bevoegdheid heeft maar rekening dient te houden met de belangen van de verdachte, in bijzonder zijn eer en goede naam en persoonlijke levenssfeer. Onschuldpresumptie door persbericht niet geschonden. Voorlichting over de huiszoeking en aanhouding, was gelet op de onrust in de gemeente, voor de hand liggend, terwijl transparantie over de aard van de (voor de directe omgeving kenbare) huiszoeking mede in het belang was van geïntimeerde. De politieactie had immers kunnen leiden tot speculatie bij buurtgenoten dat sprake was van een ernstiger verdenking dan (schuld)heling. Deze mogelijke speculatie is door de perspublicatie in de kiem gesmoord. Verder geldt dat de herleidbaarheid tot geïntimeerde bij zijn straatgenoten zijn oorzaak vindt in het rechtmatige politieoptreden. In ieder geval is er geen enkele aanwijzing dat, los van de (rechtmatig bevonden) huiszoeking en aanhouding, de identiteit van geïntimeerde was af te leiden uit het persbericht. Grieven slagen (gedeeltelijk).