Niet verschuilen achter dat AvroTros geen strafrechtelijk oordeel geeft
Vzr. Rechtbank Amsterdam 5 februari 2015, IEF 14674; ECLI:NL:RBAMS:2015:740 (A tegen AvroTros)
Mediarecht.
Onrechtmatige publicatie. A vordert rectificatie en verwijdering van zijn naam en foto in volgens hem foutieve berichtgeving in een uitzending van het televisieprogramma Opgelicht?! over faillissementsfraude, die nog op de website te zien is. De voorzieningenrechter oordeelt dat A lichtvaardig is blootgesteld aan verdachtmakingen, nu uit de door Avrotros overgelegde stukken niet blijkt dat hij op de hoogte was van het vooropgezette plan van de directeur of van het feit dat leveranciers bewust niet werden betaald. De beschuldigingen vinden dan ook onvoldoende steun in de feiten. Avrotros kan zich, gelet op de verstrekkende gevolgen voor iemand die in de uitzending en op internet wordt genoemd, bovendien niet verschuilen achter de stelling dat zij niet beoogt een strafrechtelijk oordeel te geven.
Avrotros wordt veroordeeld de naam te verwijderen van haar website en in de uitzending, en de foto van A onherkenbaar te maken. Een rectificatie wordt niet proportioneel geacht omdat A slechts enkele seconden in beeld is geweest en zijn naam een enkele keer wordt genoemd.
2.6.
Avrotros is een publieke televisieomroep en producent van onder meer het programma “Opgelicht?!”. Op 11 november 2014 heeft het programma Opgelicht?! aandacht besteed aan de vermoedelijk frauduleuze praktijken van de onderneming [naam vennootschap 2], waarnaar [naam 6] (privérechercheur) onderzoek heeft gedaan. Op de website www.opgelicht.nl is de uitzending thans nog te bekijken. Daarbij staat de volgende tekst.
Professionele oplichting. Bestellen met dubieuze BV’s, voor tonnen bestellen en wegwezen. Een enorme schadepost voor het bedrijfsleven. Misdaad waar justitie weinig prioriteit aan geeft. We volgen een grote oplichtingszaak die de zomermaanden speelde rondom het nepbedrijf [naam vennootschap 2]. Het bedrijf is gevestigd in [vestigingsplaats] op een bedrijventerrein. Op papier ziet het er uit als een bonafide bouwbedrijf. Maar als we dieper in de materie duiken, vallen er toch wel een aantal zaken op.
4.3. (...) Avrotros heeft verder weliswaar aangevoerd dat het niet haar doel is een strafrechtelijk oordeel te geven, maar dat zij slechts het woord ‘oplichting’ gebruikt in de zin van het normale spraakgebruik. Maar de voorzieningenrechter is van oordeel dat Avrotros zich, gelet op de verstrekkende gevolgen voor iemand die wordt genoemd in de uitzending (het programma heeft ongeveer 1,3 miljoen kijkers) en de zo mogelijk nog verderstrekkende gevolgen van de uitingen op internet, niet kan verschuilen achter het feit dat zij geen bewijs in strafrechtelijke zin hoeft te leveren. Avrotros wekt in haar programma wel degelijk de indruk dat strafbare feiten zijn gepleegd en dient zich, alvorens zij personen publiekelijk aan de schandpaal nagelt, er dan ook van te vergewissen dat haar bevindingen in dit verband berusten op een solide feitelijke basis. Daar komt bij dat Avrotros heeft gesteld dat zodra een persoon door het openbaar ministerie als verdachte is aangemerkt, zij alleen de initialen noemt en het gelaat onherkenbaar of met een balkje in beeld brengt. Niet valt in te zien waarom deze bescherming voor [eiser] niet zou gelden, nu ten tijde van de uitzending van
11 november 2014 het politieonderzoek net was gestart. (...)
Mediarecht. Onrechtmatige publicatie. Executievonnis. Partijen hebben van 1994 tot 2008 een samenwerkingsverband gehad op het gebied van makelaarsactiviteiten. De wens tot ontvlechting van de samenwerking is uitgesproken en begin 2009 is geïntimeerde een nieuwe onderneming op het gebied van makelaarsactiviteiten begonnen. Appellant heeft door de uitlating
Onrechtmatige publicaties. Op diverse vindplaatsen op internet bevonden zich publicaties waarin geïntimeerde of zijn vennootschap in een kwaad daglicht worden gesteld. Appellant wordt verboden (roep)namen, de Blix, horecamagnaat of horecatycoon te plaatsen op een website of weblog. Geïntimeerde stelt dat appellant (mede)verantwoordelijk is voor de publicatie van voormelde koppen en/of passages; en dat hij eigenaar, administratief en technisch contact was van de website. Het hof staat toe (tegen)bewijs te leveren dat appellant (mede)verantwoordelijk is voor de publicaties.
Beslissingen ingezonden door Ebba Hoogenraad, Moïra Truijens en Yannick Bakker,
Uitspraak ingezonden door Remy Chavannes,
Mediarecht. Strafrecht. Belediging, art. 266 Sr. Vervolg
Uitspraak ingezonden door Younes Moussaoui,
Mediarecht. Raadsman-cliëntverhouding. Tuchtrecht. Eiser in conventie is in 2010 verboden zich publiekelijk en/of in de media onheus en/of diskwalificerend uit te laten over gedaagde door woorden met een uitdrukkelijk negatieve lading, zoals "sujet, addergebroed", te gebruiken. In 2014 is een boek in de handel verschenen, waarin - volgens gedaagde - het opgelegde verbod bewust drie keer is overtreden. Eiser vordert met succes de staking van de ingezette executie van het vonnis. Voorzieningenrechter is ten tijde van het wijzen van het vonnis uitgegaan van een normale verhouding tussen raadsman-cliënt. Volgens het
Mediarecht. Publiek figuur. De voorzieningenrechter beveelt het onthouden van het doen van mededelingen, al dan niet via (sociale) media aangaande zaken van vertrouwelijke aard van de vechtscheiding(kinderen, alimentatie en de procedure). Dat het huwelijk met een Bekende Nederlander is geïntimeerde zelf ook een publieke figuur geworden, betekent niet dat zij geen recht meer heeft op de vertrouwelijkheid van de vechtscheiding.
Uitspraak ingezonden door Arnout Groen,