Auteursrecht  

IEF 18907

Geen inbreuk Primark Dr. Martens

Rechtbank Amsterdam 20 dec 2019, IEF 18907; ECLI:NL:RBAMS:2019:9724 (Airwair tegen Primark), https://ie-forum-be.minab.nl/artikelen/geen-inbreuk-primark-dr-martens

Rechtbank Amsterdam 20 december 2019, IEF 18907, IEFbe 3013; ECLI:NL:RBAMS:2019:9724 (Airwair tegen Primark) Merkenrecht. Auteursrecht. Slaafse nabootsing. Airwair brengt schoenen op de markt met de naam “Dr. Martens”. De kenmerkende bestanddelen van het merk liggen in de schoenzool. Primark brengt soortgelijke schoenen op de markt. Airway vordert iedere inbreuk op haar merk- en auteursrechten te staken. Primark hoeft niet te stoppen met verkoop schoenen. Airwair heeft zich niet beroepen op het woordmerk “Dr. Martens”, maar op haar gedeponeerde vormmerken. Daarvan is niet aannemelijk gemaakt dat ze bekend zijn. Ook is verwarringsgevaar van de Primark schoenen met de ingeroepen vormmerken niet aannemelijk. Voor zover de Airwair schoenen auteursrechtelijke bescherming genieten, hebben ze een andere totaalindruk dan de Primark schoenen. De gevraagde voorziening wordt afgewezen. Slaafse nabootsing is niet aannemelijk gemaakt.

IEF 18905

Uitspraak ingezonden door Syb Terpstra, Hans Bousie, bureau Brandeis en Paul Kreijger, Visser Schaap & Kreijger.

Zowel Martin Garrix als Spinnin en MAS gelijk

Hof Arnhem-Leeuwarden 24 dec 2019, IEF 18905; ECLI:NL:GHARL:2019:11117 (Spinnin en MAS tegen geïntimeerde), https://ie-forum-be.minab.nl/artikelen/zowel-martin-garrix-als-spinnin-en-mas-gelijk

Hof Arnhem-Leeuwarden 24 december 2019, IEF 18905; ECLI:NL:GHARL:2019:11117 (Spinnin en MAS tegen geïntimeerde) Auteursrecht. Geïntimeerde is onder de naam Martin Garrix een wereldberoemde deejay. Spinnin houdt zich bezig met het vermarkten van muziek van deejays. MAS houdt zich onder meer bezig met het boeken en managen van personen en diensten in de entertainmentbranche. Geïntimeerde wilde een samenwerking met Spinning en MAS. Naar aanleiding daarvan zijn conceptovereenkomsten besproken en is een overeenkomst gesloten. Een paar jaar later vernietigt geïntimeerde de overeenkomsten met Spinning en MAS. In deze zaak gaat het om of geïntimeerde de overeenkomsten met Spinning op grond van dwaling heeft mogen vernietigen en of geïntimeerde moet worden aangemerkt als producent van de fonogrammen. Het beroep op dwaling, bedrog en misbruik van omstandigheden is afgewezen. Ook kan niet worden gezegd dat management en platenmaatschappij in hun verplichtingen tegenover deejay toerekenbaar tekortgeschoten zijn. Geïntimeerde wordt wel aangemerkt als producent.

IEF 18904

Wijken formaliteitsvereiste vloeit voort uit systematiek Berner Conventie

Hoge Raad 15 nov 2019, IEF 18904; ECLI:NL:PHR:2019:1199 (Montis tegen verweerster), https://ie-forum-be.minab.nl/artikelen/wijken-formaliteitsvereiste-vloeit-voort-uit-systematiek-berner-conventie

Parket bij HR 15 november 2019, IEF 18904, IEFbe 3012; ECLI:NL:PHR:2019:1199 (Montis tegen verweerster) Internationaal auteursrecht. Vervolg HR 13 december 2013 ECLI:NL:HR:2013:1881. Is, na het verstrijken van de in art. 7 lid 4 Berner Conventie bedoelde termijn, het vereiste van een instandhoudingsverklaring als bedoeld in art. 21 lid 3 (oud) Benelux Tekeningen- en Modellenwet in strijd met het formaliteitenverbod in art. 5 lid 2 Berner Conventie? Volgens de Hoge Raad moet het formaliteitsvereiste na het verstrijken van 25 jaar wijken voor een andersluidende regeling in het nationale recht als het gaat om werken van toegepaste kunst die alleen in het nationale recht worden beschermd.

IEF 18891

Uitspraak ingezonden door Diederik Donk, The Legal Group.

Patronen op sjaals getuigen van vrije en creatieve keuzes

Rechtbank Amsterdam 12 dec 2019, IEF 18891; (Sjaals), https://ie-forum-be.minab.nl/artikelen/patronen-op-sjaals-getuigen-van-vrije-en-creatieve-keuzes

Vzr. Rechtbank Amsterdam 12 december 2019, IEF 18891; ECLI:NL:RBAMS:2019:10129 (Sjaals) Kort geding. Eiser houdt zich bezig met het ontwerpen en vervaardigen van sjaals. Onderdeel van de collectie zijn de sjaals Radice, Honeyloop en Rialto, versierd met glimmende steentjes. Gedaagde houdt zich sinds juli 2019 bezig met de verkoop van sjaals via Instagram die overeenkomen met de Radice, Honeyloop en Rialto. De sjaals van eiser komen voor auteursrechtelijke bescherming aanmerking. Ze hebben een eigen oorspronkelijk karakter en dragen een persoonlijk stempel van de maker. De patronen en materialen getuigen van vrije en creatieve keuzen waardoor sprake is van een eigen intellectuele schepping. Ook het verweer dat de sjaals ingekocht worden bij de website Alibaba en dat deze dus de inbreukmaker is, gaat niet op. Gedaagde is degene die de sjaals vervolgens verkoopt. Eiser heeft een spoedeisend belang de inbreuk op haar auteursrecht te doen stoppen. Haar vordering om gedaagde te veroordelen de inbreuk te staken en gestaakt te houden worden daarom toegewezen.

IEF 18888

Proceskostenveroordeling vastgesteld op grond van artikel 1019h Rv

Hof Arnhem-Leeuwarden 10 dec 2019, IEF 18888; ECLI:NL:GHARL:2019:10564 (Haerst tegen Lizard Apps), https://ie-forum-be.minab.nl/artikelen/proceskostenveroordeling-vastgesteld-op-grond-van-artikel-1019h-rv

Hof Arnhem-Leeuwarden 10 december 2019, IEF 18888, IT 2966; ECLI:NL:GHARL:2019:10564 (Haerst tegen Lizard Apps) Partijen twisten over de vraag of op de proceskostenveroordeling in eerste instantie artikel 1019h Rv (Haerst) of artikel 237 e.v. Rv (Lizard Apps) van toepassing is. Lizard Apps heeft aan haar vordering een inbreuk op het haar toekomende auteursrecht op de door Haerst gebruikte software ten grondslag gelegd. Zij heeft een verbod ten laste van Haerst gevorderd verdere inbreuken op haar auteursrecht te maken. Daarmee is sprake van een vordering tot handhaving van een auteursrecht, wat betekent dat de artikelen 1019-1019i Rv van toepassing zijn. Dat Haerst als verweer heeft gevoerd dat zij op grond van een licentieovereenkomst gerechtigd was de auteursrechtelijk beschermde software te gebruiken, verandert niet het karakter van de handhavingsvordering. Voor de toewijsbaarheid van de vordering was weliswaar beslissend of de licentieovereenkomst al of niet kon worden opgezegd, een vraag uit het algemene verbintenissenrecht, maar die omstandigheid doet er niet aan af dat de grondslag van de vordering handhaving van het aan Lizard Apps toekomende auteursrecht was. Dat betekent dat de proceskostenveroordeling moet worden vastgesteld op grond van artikel 1019h Rv. Het daarop ziende verweer van Lizard Apps wordt verworpen.

IEF 18874

Is luchtfoto van landgoed een auteursrechtelijk beschermd werk?

Hof Amsterdam 15 okt 2019, IEF 18874; ECLI:NL:GHAMS:2019:3746 (Sembono tegen Performance Impressions), https://ie-forum-be.minab.nl/artikelen/is-luchtfoto-van-landgoed-een-auteursrechtelijk-beschermd-werk

Gerechtshof Amsterdam 15 oktober 2019, IEF 18874; ECLI:NL:GHAMS:2019:3746 (Sembono tegen Performance Impressions) Performance Impressions verkoopt de foto’s van de Amerikaanse fotograaf X via internet. X heeft de auteursrechten op zijn foto’s, waaronder een luchtfoto van landgoed, aan Performance Impressions overgedragen. Sembono is een reisorganisatie. Het geschil is ontstaan naar aanleiding van de, zonder toestemming van Performance Impressions en zonder naamsvermelding van X, gepubliceerde luchtfoto van landgoed op de website van Sembono. Performance Impressions eiste in eerste aanleg onder andere staking van de inbreuk en schadevergoeding. Sembono werd toen in het ongelijk gesteld. In de onderhavige procedure tracht Sembono alsnog gelijk te krijgen, stellende dat de luchtfoto slechts een kopie van de werkelijkheid is en geen werk dat auteursrechtelijke bescherming geniet. Sembono steunt dit mede op het feit dat andere fotografen het landgoed ook al op een soortgelijke manier hebben gefotografeerd. Echter Sembono wordt opnieuw in het ongelijk gesteld. De maatstaven die door de kantonrechter ter beoordeling van de vraag of de foto een werk is in de zin van de auteursrecht werden gehanteerd, waren juist. De luchtfoto wordt als auteursrechtelijk werk aangemerkt. Ook de geschatte schadevergoeding is redelijk.

IEF 18871

Uitspraak ingezonden door Jan Smolders, Dohmen advocaten.

Licentiehouder niet ontvankelijk in vordering auteursrechteninbreuk

Rechtbank Den Haag 16 okt 2019, IEF 18871; ECLI:NL:RBDHA:2019:10905 (Cardiac Output tegen X), https://ie-forum-be.minab.nl/artikelen/licentiehouder-niet-ontvankelijk-in-vordering-auteursrechteninbreuk

Rechtbank Den Haag 16 oktober 2019, IEF 18871, IT 2962; ECLI:NL:RBDHA:2019:10905 (Cardiac Output tegen X) Cardiac Output heeft een fotograaf ingeschakeld voor het maken van foto’s op een dansproject. Zij zijn overeengekomen dat Cardiac Output de exclusieve licentierechten krijgt voor het gebruik van de foto’s en dat de auteursrechten bij de fotograaf blijven. Met instemming van Cardiac Output heeft de fotograaf een van de foto’s op zijn Instagram-account geplaatst. De twee gedaagden hebben deze vervolgens gerepost op hun eigen Instagram-account. Cardiac Output meent dat er sprake is van inbreuk en schade door deze publicatie.

IEF 18869

Op foto staat duidelijk copyright-teken bedrijf gedrukt

Rechtbank Amsterdam 15 okt 2019, IEF 18869; ECLI:NL:RBAMS:2019:8643 (Fotografe tegen gedaagde), https://ie-forum-be.minab.nl/artikelen/op-foto-staat-duidelijk-copyright-teken-bedrijf-gedrukt

Rechtbank Amsterdam 15 oktober 2019, IEF 18869, IT 2961; ECLI:NL:RBAMS:2019:8643 (Fotografe tegen gedaagde) Eiseres is professioneel fotografe en heeft omstreeks september 2011 een foto gemaakt van een persoon. Deze foto stond in 2017 op de website van eiseres. Over de lengte van de rechterzijde van de foto staat in witte letters de naam van haar bedrijf gedrukt. Op 23 maart 2017 heeft gedaagde een oude column uit het NRC van de gefotografeerde persoon geplaatst op zijn weblog. Bij deze column stond de hiervoor genoemde foto afgebeeld. Gedaagde heeft geen toestemming verkregen voor het gebruik van de foto. Gevorderd wordt schadevergoeding wegens inbreuk op auteursrechten en  persoonlijkheidsrechten, en wegens materiële en immateriële schade door uitlatingen van gedaagde. Er is sprake van inbreuk op het auteursrecht van eiseres, waarvoor gedaagde schadeplichtig is. De eer en goede naam van eiseres worden niet zodanig aangetast door de teksten van gedaagde dat daarvoor het recht van vrijheid van meningsuiting van gedaagde dient te wijken.

IEF 18854

Publicatie van vertalingen is verveelvoudiging van werk van auteur

Hof Amsterdam 29 okt 2019, IEF 18854; ECLI:NL:GHAMS:2019:3889 (Auteur tegen uitgever), https://ie-forum-be.minab.nl/artikelen/publicatie-van-vertalingen-is-verveelvoudiging-van-werk-van-auteur

Hof Amsterdam 29 oktober 2019, IEF 18854; ECLI:NL:GHAMS:2019:3889 (Auteur tegen uitgever) Appellante is kunsthistorica en gespecialiseerd in (het werk van) Piet Mondriaan. Geïntimeerde geeft kunstboeken uit. Appellante en geïntimeerde zijn een overeenkomst aangegaan op grond waarvan appellante verplicht is tegen vergoeding een bijdrage te leveren aan enkele boeken over Mondriaan. In de overeenkomst is een boetebeding opgenomen, op grond waarvan geïntimeerde voor elke schending van de overeengekomen regelingen omtrent het auteursrecht van appellante en de naamsvermelding een gefixeerde boete is verschuldigd van 10.000 euro onverminderd het recht op schadevergoeding. Appellante heeft een essay geschreven, waarvan onder andere een Duitse en Engelse editie verschenen, zonder dat geïntimeerde de vertaalde versies voorafgaand aan de publicatie aan appellante heeft voorgelegd. Appellante tracht de boetes op grond van haar leveringsvoorwaarden af te dwingen en geïntimeerde aansprakelijk te stellen op grond van diverse schendingen van haar auteursrecht. In de onderhavige uitspraak wordt de vordering uit hoofde van het boetebeding toegewezen, terwijl de schadevergoedingsvordering wordt afgewezen. Dit omdat het publiceren van vertalingen ook onder het verveelvoudigen van het werk valt waarmee appellante niet heeft ingestemd.

IEF 18845

Auteursrechten niet zelfstandig uitoefenbaar vanwege aansluitingsovereenkomst Buma/Stemra

Rechtbank Amsterdam 10 apr 2019, IEF 18845; (Y tegen X), https://ie-forum-be.minab.nl/artikelen/auteursrechten-niet-zelfstandig-uitoefenbaar-vanwege-aansluitingsovereenkomst-buma-stemra

Rechtbank Amsterdam 10 april 2019, IEF 18845; (Y tegen X) Zie ook [IEF 18843]. Eiser is als zanger en tekstdichter actief onder een artiestennaam.  X drijft een onderneming die muziekvideo’s vervaardigt en exploiteert. X heeft met Z als hoofdartiest een muziekvideoclip van een Nederlandstalig muziekwerk vervaardigd. Het intro van het liedje is in het Berbers geschreven en gezongen door eiser, terwijl de Nederlandse coupletten en de refreinen zijn geschreven door Z. Tussen eiser en X is een geschil ontstaan met betrekking tot de exploitatie van het muziekwerk en de voorwaarden die eiser had gesteld aan zijn toestemming tot exploitatie van het werk. Eiser betoogt dat X inbreuk heeft gemaakt op auteursrechten en naburige rechten.