Merkenrecht  

IEF 17714

Het principe van voor-voorgebruik GELDOF niet uitgebreid tot ascendenten van deposant

Belgische gerechten 5 mrt 2018, IEF 17714; https://ie-forum-be.minab.nl/artikelen/het-principe-van-voor-voorgebruik-geldof-niet-uitgebreid-tot-ascendenten-van-deposant

Hof van Beroep Gent 5 maart 2018, IEFbe 2575; IEF 17714 (Geldof tegen Engicon) Merkenrecht. Recht op gebruik eigen naam. Depot te kwader trouw. Eiseressen exploiteren een GELDOF METAALCONSTRUCTIE en vorderen met succes bij de rechtbank van koophandel [IEFbe 1612] de doorhaling van merkdepot van GELDOF door mevrouw Geldof. Het Hof bevestigt de bestreden vonnissen. Het gedeponeerde Benelux woordmerk GELDOF is nietig wegens manifest te kwader trouw. Appellante levert geen enkel bewijs dat zij voorbereidingen had getroffen om onder de eigen naam zelfstandige activiteiten te ontwikkelen. De stelling van appellante dat het principe van voor-voorgebruiker zou moeten worden uitgebreid met betrekking tot het voor-voorgebruik van ascendenten van deposant (haar vader) is juridisch nergens onderbouwd.

IEF 17719

Afstemmingsregel toegepast in paars kleurmerkzaak op partij die geen partij was in bodemzaak

Hof Arnhem-Leeuwarden 22 mei 2018, IEF 17719; ECLI:NL:GHARL:2018:4622 (GSK tegen Sandoz), https://ie-forum-be.minab.nl/artikelen/afstemmingsregel-toegepast-in-paars-kleurmerkzaak-op-partij-die-geen-partij-was-in-bodemzaak

Hof Arnhem-Leeuwarden 22 mei 2018, IEF 17719; IEFbe 2578; ECLI:NL:GHARL:2018:4622 (GSK tegen Sandoz) Beroep na IEF 15580 waarin de voorzieningenrechter de inburgering van het paarse kleurmerk onvoldoende aannemelijk acht. Toepassing afstemmingsregel op een partij die niet betrokken was in een bodemzaak, maar wel in het daarop volgende kort geding, omdat beide zaken materieel betrekking hebben op dezelfde kwestie. Het kleurmerk is geldig volgens de bodemzaak van de rechtbank van Koophandel Brussel [IEFbe 2520]. Het erga omnes-karakter van het merkrecht brengt mee dat dit ook geldt ten opzichte van Sandoz B.V., die geen partij in de Belgische bodemzaak is. In zoverre slagen de grieven van GSK. De rechtbank Brussel heeft, in strijd met vaste rechtspraak van het Hof van Justitie, de beschermingsomvang van het kleurmerk ten onrechte beperkt tot "tot die precieze kleurtint en -code die werd gedeponeerd als merk". Het beroep van GSK op artikel 2.20 lid 1 sub b en c van het BVIE is afgewezen, omdat het relevante publiek van artsen en apothekers, beslist op basis van werkzame stoffen en niet op basis van de kleur, zodat het "aanleunen van beide tinten niet relevant is voor de keuze" en dus geen verwarringsgevaar of onterechte associatie kan opleveren. Het hof beslist in lijn met het oordeel van Brussel rechtbank in het vonnis en wijst de inbreukvorderingen af. Het hof overweegt ten overvloede dat daarnaast het belang bij de gevraagde voorzieningen ontbreekt. Het Hof bekrachtigt het vonnis waarvan beroep.

IEF 17718

Uitspraak en samenvatting aangebracht door Jeroen Muyldermans & Olivier Vrins, Altius.

Vragen aan BenGH: Kan de artistieke vrijheid een geldige reden uitmaken in de zin van BVIE?

Belgische gerechten 12 apr 2018, IEF 17718; (The Damn Pérignon Collections), https://ie-forum-be.minab.nl/artikelen/vragen-aan-bengh-kan-de-artistieke-vrijheid-een-geldige-reden-uitmaken-in-de-zin-van-bvie

Voorz. NL Rechtbank van Koophandel Brussel 12 april 2018, IEF 17718; IEFbe 2576(The Damn Pérignon Collection) Merkenrecht. Vrijheid van meningsuiting. Vragen aan Benelux Gerechtshof. Een kunstenaar gebruikt het teken 'Damn Pérignon' in kunst. Het gebruik van de gewraakte tekens voor kleding trekt ongerechtvaardigd voordeel uit de bekendheid van de Dom Pérignon merken. Verweerster buit het imago van chique en vintage uit dat verbonden is met deze merken, en eigent zich het recht toe van de merkhouder om te bepalen met welke ondernemingen zij samenwerkt in het kader van marketing of sponsoring.

Het gebruik van het teken “Damn Pérignon” is bovendien schadelijk voor de reputatie. Het gebruik van scheldwoorden en de ‘boudoir’ context van promotie daarvan heeft een negatieve invloed op het imago van kwaliteit, luxe, vintage en traditie waarvoor de Dom Pérignon merken garant willen staan.

IEF 17713

Uitspraak ingezonden door Bert Gravendeel, Gravendeel Advocaten.

Kwantum heeft geen spoedeisend belang bij de voorlopige voorzieningen

Rechtbank Amsterdam 9 mei 2018, IEF 17713; (Kwantum tegen Kwantex c.s.), https://ie-forum-be.minab.nl/artikelen/kwantum-heeft-geen-spoedeisend-belang-bij-de-voorlopige-voorzieningen

Rechtbank Amsterdam 9 mei 2018, IEF 17713 (Kwantum tegen Kwantex c.s.) Merkenrecht. Kwantum vordert bij wijze van voorlopige voorziening Kwantex c.s. de inbreuk op haar merken te staken. Kwantum heeft geen spoedeisend belang bij de gevraagde voorlopige voorzieningen. In de hoofdzaak, waarin door Kwantex c.s. nog een conclusie van antwoord moet worden genomen, is nog geen eindbeslissing toewijsbaar. Daarnaast heeft Kwantum onvoldoende onderbouwd dat van haar niet kan worden gevergd dat zij de eindbeslissing in de hoofdzaak afwacht. Het gevraagde wordt afgewezen.

IEF 17707

Voorgebruik moet na samenwerking wel bekend zijn met handelsnaam, merkdepot nietig

Rechtbank Gelderland 12 jun 2018, IEF 17707; ECLI:NL:RBGEL:2017:6935 (Roestvast staalindustrie Mosman tegen Drimple-t), https://ie-forum-be.minab.nl/artikelen/voorgebruik-moet-na-samenwerking-wel-bekend-zijn-met-handelsnaam-merkdepot-nietig

Rechtbank Gelderland 12 juli 2017, IEF 17707; ECLI:NL:RBGEL:2017:6935 (Roestvast staalindustrie Mosman tegen Dimple-t) Gedaagde heeft een rekenkundig model en software ontwikkeld dat bruikbaar is bij het ontwerpen van zogenaamde ‘bulk solids coolers en heaters’. Het rekenkundig model en de software zijn strikt geheim. Gedaagde is gaan samenwerken met eiseres en heeft na enige tijd de samenwerkingsovereenkomst opgezegd. Vorderingen in conventie worden afgewezen. In reconventie wordt verklaart dat gedaagde haar handelsnaam en domeinnamen mag overdragen zonder schending van enig recht van Mosman. Het door Mosman gedeponeerde woordmerk 'Dimple-t' is nietig voor alle klassen waarvoor het is ingeschreven. De rechtbank acht het niet aannemelijk dat Mosman geen wetenschap heeft gehad van voorgebruik binnen de Benelux van het merk. Integendeel, partijen hebben geruime tijd – van 1 december 2010 tot 1 april 2016 – met elkaar samengewerkt en in die periode werden facturen aan Mosman gestuurd onder de naam 'Dimple-t Bulk Solids Coolers’.  Het depot is onrechtmatig.

IEF 17697

HvJ EU: Het aanbrengen van een klein etiket bij parallelimport is geen ompakking

HvJ EU 17 mei 2018, IEF 17697; ECLI:EU:C:2018:322 (Junek Europ-Vertrieb tegen Lohmann & Rauscher International), https://ie-forum-be.minab.nl/artikelen/hvj-eu-het-aanbrengen-van-een-klein-etiket-bij-parallelimport-is-geen-ompakking

HvJ EU 17 mei 2018, IEF 17697; LS&R 1608; ECLI:EU:C:2018:322, (Junek Europ-Vertrieb tegen Lohmann & Rauscher International) Merkenrecht. Uitputting. Lohmann & Rauscher International is houder van het Uniemerk “Debrisoft” (nr. 8852279). Junek Europ-Vertrieb is gevestigd in Oostenrijk en verhandelt in Duitsland via parallelimport medische hulpmiddelen van Lohmann & Rauscher International. Junek Europ-Vertieb heeft op de doos een klein etiket aangebracht met hun contactgegevens, een streepjescode en een centraal farmaceutisch nummer. Het etiket maakte het merk van Lohmann & Rauscher International niet onzichtbaar. Er is geen sprake van ompakking, omdat de oorspronkelijke verpakking van het betrokken medisch hulpmiddel verder niet is geopend. De houder van een merk kan zich niet ertegen verzetten dat een medisch hulpmiddel in zijn oorspronkelijke binnen‑ en buitenverpakking verder wordt verhandeld door een parallelimporteur, wanneer deze een klein etiket heeft aangebracht. De aan het merk verbonden rechten zijn uitgeput.

Artikel 13, lid 2, van [UniemerkVo] moet aldus worden uitgelegd dat de houder van een merk zich niet ertegen kan verzetten dat een medisch hulpmiddel in zijn oorspronkelijke binnen‑ en buitenverpakking verder wordt verhandeld door een parallelimporteur, wanneer deze een extra etiket zoals het etiket dat in het hoofdgeding aan de orde is, heeft aangebracht dat gezien zijn inhoud, functie, formaat, presentatie en plaatsing geen risico vormt voor de garantie van de herkomst van het medische hulpmiddel dat van dat merk is voorzien.

IEF 17696

Ingezonden door Thierry van Innes, Van Innis & Delarue

Hema veroordeeld tot schadevergoeding van 4,5 miljoen euro wegens merkinbreuk

Belgische gerechten 14 mei 2018, IEF 17696; (Levi Strauss tegen Hema), https://ie-forum-be.minab.nl/artikelen/hema-veroordeeld-tot-schadevergoeding-van-4-5-miljoen-euro-wegens-merkinbreuk

FR Rechtbank van Koophandel Brussel 14 mei 2018, IEF 17696; IEFbe 2570 (Levi Strauss tegen Hema) Merkenrecht. Levi Strauss is houder van het zogenaamde Arcuate-beeldmerk. Hema heeft ruim 220.000 broeken verkocht met tekens die lijken op het beeldmerk van Levi’s. De tekens die door Hema worden gebruikt zijn niet identiek aan die van Levi’s. Hema gebruikt niet twee maar drie gebogen lijnen, die ook niet in het midden van een vijfhoekige tekening ontmoeten, maar iets aan de linkerkant. Aangezien de tekeningen verschillend zijn, kan er dus geen sprake zijn van het gebruik van identieke tekens. De tekens van Hema vertonen echter wel significante gelijkenissen met het Arcuate-beeldmerk. Gebruik van de tekens levert daardoor verwarringsgevaar op. Hema maakt merkinbreuk en wordt verboden de tekens te gebruiken. Hema wordt veroordeeld tot schadevergoeding van €4.432.060.

IEF 17680

Conclusie AG: Debranding en rebranding is geen merkgebruik

HvJ EU 26 apr 2018, IEF 17680; ECLI:EU:C:2018:292 (Mitsubishi tegen Duma c.s.), https://ie-forum-be.minab.nl/artikelen/conclusie-ag-debranding-en-rebranding-is-geen-merkgebruik

Conclusie AG HvJ EU 26 april 2018, IEF ; IEFbe (Mitsubishi tegen Duma c.s.) Parallelimport, Debranding, Rebranding, marktpraktijken, vergoeding. Conclusie AG:

Vormt geen gebruik van een merk in de zin van artikel 5 van [UniemerkRl], de verwijdering, door een derde, zonder de toestemming van de merkhouder, van de op waren aangebrachte tekens wanneer:
– die waren niet eerder zijn verhandeld in de Europese Economische Ruimte, aangezien zij zijn geplaatst onder douane-entrepot, tijdens hetwelk zij wijzigingen hebben ondergaan om ze in overeenstemming te brengen met de technische voorschriften van de Unie; en
– de tekens zijn verwijderd met het oog op de invoer of het in de handel brengen van die waren in de Europese Economische Ruimte onder een (nieuw) merk, dat verschilt van het oorspronkelijke merk.

IEF 17677

T-shirt met tekst "Not Your Baby" maakt inbreuk op woordmerk

Rechtbank Overijssel 1 mei 2018, IEF 17677; ECLI:NL:RBOVE:2018:1462 (Not Your Baby tegen Loavies), https://ie-forum-be.minab.nl/artikelen/t-shirt-met-tekst-not-your-baby-maakt-inbreuk-op-woordmerk

Vzr. Rechtbank Overijssel 1 mei 2018, IEF 17677; ECLI:NL:RBOVE:2018:1462 (Not Your Baby tegen Loavies) Merkenrecht. Webwinkel Loavies kondigde in de periode van 24 tot en met 30 juli 2017 haar nieuwe zomercollectie aan met daarin een t-shirt met daarop de tekst “Not Your Baby”. Not Your Baby heeft op 9 augustus 2017 het woordmerk “Not Your Baby” gedeponeerd. Het is aannemelijk dat het woordmerk “Not Your Baby” voldoende onderscheidend vermogen heeft en geen sprake is van een depot te kwader trouw, voorshands wordt uitgegaan van de geldigheid van dit woordmerk. Niet in geschil is immers dat Not Your Baby het teken “Not Your Baby” sinds het najaar van 2016 als handelsnaam voor haar webwinkel gebruikt, terwijl Loavies dit teken naar eigen zeggen pas sinds juli 2017 gebruikt. Het door Loavies gebruikte teken gelijk is aan het woordmerk van Not Your Baby, nu op de t-shirts van Loavies enkel de tekst “Not Your Baby” staat en daaraan geen andere tekens zijn toegevoegd. Het gebruik van het teken door Loavies levert merkinbreuk op.

IEF 17675

Invoer van Villageoise palmolie uit Ecuador is merkinbreuk

Rechtbank Overijssel 30 mrt 2018, IEF 17675; ECLI:NL:RBOVE:2018:1448 (Villageoise), https://ie-forum-be.minab.nl/artikelen/invoer-van-villageoise-palmolie-uit-ecuador-is-merkinbreuk

Vzr. Rechtbank Overijssel 30 maart 2018, IEF 17675; ECLI:NL:RBOVE:2018:1448 (Villageoise) Inbreuk merkenrecht. Eiser heeft het woordmerk Villageoise en stelt dat er sprake is van merkinbreuk door Kronos. Er staat vast dat verscheping heeft plaatsgevonden van flessen palmolie vanuit Ecuador naar Nederland met het teken Villageoise. Koas heeft het exclusieve verkooprecht ten aanzien van palmolie met het Villageoise woordmerk. Koas heeft een overeenkomst gesloten met Kronos voor de facilitatie van de invoer van de Villageoise palmolie. Volgens Kronos is er geen sprake van merkinbreuk, omdat Koas toestemming van Eiser heeft verkregen om gebruik te maken van het woordmerk Villageoise. Ook als zal komen vast te staan dat eiser aan Koas toestemming heeft verleend om gebruik te maken van het woordmerk Villageoise, valt niet in te zien dat toestemming aan Koas impliceert dat ook Kronos toestemming van [eiser] heeft verkregen om het woordmerk te gebruiken. Ook dan blijft er sprake van de invoer van Villageoise palmolie door Kronos met het doel dat deze flessen in de handel worden gebracht. Aan het voorgaande doet niet af dat volgens Kronos deze en andere scheepsladingen Villageoise palmolie uit Ecuador uitsluitend bestemd zijn voor Koas. Het voorgaande leidt ertoe dat Kronos niet gerechtigd was de Villageoise palmolie in te voeren, zodat de vordering tot staken van deze merkinbreuk zal worden toegewezen.