Alle rechtspraak  

IEF 4396

Eerst even voor jezelf lezen

eevjzl.JPG1- Sector kanton Rechtbank Haarlem, 4 juli 2007, LJN: BA9697. Kees en Kim Horeca Exploitatie B.V. h.o.d.n. Bistro Tante Pietje tegen de vennootschap onder firma V.O.F. Tante Pietje.

“Handelsnaamwet. Verzoekster is gebruikster van de Handelsnaam "Bistro Tante Pietje". Van latere datum is de handelsnaam "V.o.f. Tante Pietje" die verweerster voert. Beide partijen drijven een horeca-onderneming, met name een restaurant, verzoekster in 's-Hertogenbosch en verweerster in Beverwijk. Beide partijen streven naar landelijke bekendheid. Verweerster was op de hoogte van de handelsnaam van verzoekster en was door de Kamer van Koophandel gewaarschuwd voor verwarring. De kantonrechter is van oordeel dat sprake is van een slechts geringe afwijking, zodat verwarring te duchten valt ondanks de geografische afstand tussen de beide ondernemingen en beveelt verweerster haar naam te wijzigen.“

Lees het vonnis hier.

 2- Rechtbank Zwolle, 31 januari 2007, LJN: BA9760. TTW-Witlof B.V. c.s. tegen  Gedaagde.

“4.2  (…) Het recht tot gebruik van het TTW-Systeem, waarvan voorshands aannemelijk is dat daarop geheel of gedeeltelijk auteursrechten rusten, is voorbehouden aan TTW en aan haar klanten met wie zij een licentieovereenkomst heeft afgesloten. Het staat gedaagde vanzelfsprekend dan ook niet vrij om zonder toestemming van TTW het TTW-Systeem te gebruiken, of om dat systeem of delen daarvan (voor zover die delen niet voor iedereen gratis via het publieke domein zoals internet toegankelijk zijn) aan derden ter beschikking te stellen. Dat zou in de gegeven omstandigheden onrechtmatige concurrentie opleveren jegens TTW.”

Lees het vonnis hier

3- Sector kanton Rechtbank Haarlem, 4 juli 2007, LJN: BA9686. Wika Trade International B.V. tegen Gedaagde.

“Wat daar verder ook van zij, in ieder kan de aan de vordering van Wika ten grondslag gelegde schending van de geheimhoudingsplicht niet tot toewijzing van de vordering leiden. Gesteld noch gebleken is immers dat [gedaagde] informatie die hij aldus naar zijn privé emailadres heeft gestuurd aan derden heeft doorgegeven en/of geopenbaard. Wika erkent dit overigens zelf ook, nu zij heeft gesteld dat [gedaagde] tot dusver nog geen voor Wika waarneembaar gebruik heeft gemaakt/laten maken van de vertrouwelijke bedrijfsinformatie van Wika. Zolang dat niet is gebeurd kan naar het oordeel van de kantonrechter geen sprake zijn van schending van de geheimhoudingsplicht.”

Lees het vonnis hier.

IEF 4393

Eerst even voor jezelf lezen

Rechtbank Amsterdam, 19 juli 2007, LJN: BA9973. Eiser tegen gedaagde.

“De Beat beschikt net als de Charly en de Chaplin over de onder 4.2. genoemde kenmerken. Indien de totaalindrukken van de stoelen met elkaar worden vergeleken kan de Beat van [gedaagde] als een ongeoorloofde verveelvoudiging of openbaarmaking als bedoeld in de Auteurswet van de Charly en de Chaplin worden aangemerkt.” 

Lees het vonnis hier.

IEF 4391

Grenspost (HB)

os.gifGerechtshof ’s-Gravenhage, 12 juli 2007, KG ZA 05/925. Stichting De Thuiskopie tegen Opus Supplies B.V. (Met dank aan Dirk Visser, Klos Morel Vos & Schaap).

Wel gemeld, nog niet besproken. Het Hof bekrachtigt het vonnis van de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag. In casu geen thuiskopievergoeding bij levering vanuit buitenland op bestelling Nederlandse particulieren.

Opus GmbH, een onderneming die vanuit Duitsland op basis van bestellingen via internet blanco CD’s en DVD’s levert aan afnemers in Nederland. Voor de door Opus aan Nederlandse afnemers geleverde CD’s wordt geen thuiskopievergoeding aan de Stichting Thuiskopie betaald.

Het Hof komt tot de conclusie dat Opus kan niet worden aangemerkt als importeur in de zin van artikel 16c lid 2 Aw en derhalve geen thuiskopie-vergoeding verschuldigd is. Hierbij grijpt het Hof uitgebreid terug naar de parlementaire geschiedenis bij het wetsvoorstel ter invoering van artikel 16c Aw. Volgens het Hof contracteert Opus de Nederlandse kopers onder toepasselijkverklaring van de algemene voorwaarde dat het vervoer in opdracht van koper geschied. De levering vindt derhalve plaats in Duitsland op grond waarvan Opus niet als importeur maar als exporteur dient te worden aangemerkt. Opus is immers verantwoordelijk voor het vervoer en voor het afleveren van de CD’s in Nederland.

Nu dit met zich meebrengt, aldus het Hof, dat Opus geen vergoeding verschuldigd is over aan Nederlandse kopers geleverde blanco informatiedragers, heeft de voorzieningenrechter terecht de vorderingen tegen Opus afgewezen.

Lees het vonnis hier. Vonnis Rechtbank Den Haag: IEF 920 (16 september 2005). 

IEF 4389

De naam van de heilsoldate

De Telegraaf bericht: “Over het graf van de nog geen maand geleden overleden majoor Bosshardt wordt nu al ruzie gemaakt over het gebruik van de naam van de heilsoldate. Het Leger des Heils distantieert zich hiervan en zegt dat de onenigheid de naam en goede reputatie van de 'majoor' schaadt.

…) Zowel de Stichting Nederland Positief en als de Stichting Majoor Bosshardt Prijs - voor een betere samenleving beweert 'recht' te hebben op de Majoor Bosshardt Prijs. Gitta de Zwart, woordvoerder van het Leger des Heils, de organisatie waarvoor majoor Bosshardt zich haar hele leven heeft ingezet: "Deze stichtingen zijn op geen enkele manier met ons verbonden. Wij hebben de initiatiefnemers daar wél om gevraagd. Tevergeefs..."

Lees hier meer.

IEF 4385

Operatoren van elektronische communicatienetwerken

agjk.JPGHvJ EG, 18. Juli 2007, Conclusie A-G Juliane Kokott in zaak C 275/06. Productores de Música de España (Promusicae) tegen Telefónica de España SAU. (Niet beschikbaar in het Nederlands).

Auteursrecht. Verzoek om een prejudiciële beslissing. "Is het de lidstaten (…) toegestaan om te bepalen dat operatoren van elektronische communicatienetwerken en -diensten, telecomproviders en hostingproviders de verbindings- en verkeersgegevens betreffende elektronische communicaties die tijdens de verstrekking van een dienst van de informatiemaatschappij tot stand zijn gebracht, slechts ten behoeve van een strafrechtelijk onderzoek of ter bescherming van de openbare of de nationale veiligheid, en dus niet ten behoeve van civiele procedures, dienen te bewaren en ter beschikking te stellen?"

“Ich schlage dem Gerichtshof daher vor, das Vorabentscheidungsersuchen wie folgt zu beantworten:

Es ist mit dem Gemeinschaftsrecht vereinbar, wenn Mitgliedstaaten die Weitergabe von personenbezogenen Verkehrsdaten zum Zweck der zivilrechtlichen Verfolgung von Urheberrechtsverletzungen ausschließen.”

Lees de conclusie hier.

IEF 4384

???a??µata t?? d?µ???????

GvEA, 12 juli 2007, zaak T-229/05, AEPI tegen Europese Commissie. (Alleen beschikbaar in het Frans en het Grieks).

Auteursrecht , naburige rechten en medediging in Griekenland.

"Dans sa plainte, la requérante souligne que la rémunération des droits voisins avait été fixée à un niveau excessif, qui allait jusqu’à 5 % des recettes brutes des stations de radio et des chaînes de télévision grecques. Ce comportement constituerait une violation des articles 81 CE et 82 CE, qui lui causerait des préjudices graves et irréparables, dans la mesure où les entreprises ne seraient pas en mesure de payer ces montants excessifs, privant ainsi la requérante de la perception des redevances qu’elle réclamait pour les droits d’auteur.

(…)Au vu de ce qui précède, il y a lieu de constater que la requérante n’a produit aucun élément concret établissant l’existence actuelle ou potentielle de dysfonctionnements importants dans le marché commun. Par conséquent, la requérante ne démontre pas que, dans la décision attaquée, la Commission a commis une erreur manifeste d’appréciation lorsqu’elle a considéré que les pratiques dénoncées par la requérante produisaient leurs effets dans une large mesure ou même intégralement dans le marché grec, et que, en conséquence, elles n’étaient pas de nature à affecter le commerce entre États membres au sens des articles 81 CE et 82 CE."

Lees het arrest hier.

IEF 4379

Een spaak gelopen samenwerking met auteursrechtelijke facetten

wz.JPGRechtbank Arnhem, 13 juni 2007, LJN: BA9612. Keesie B.V. tegen Stichting Wildzoekers.

Auteursrecht. Geldige gebruikslicentie, geen auteursrechtinbreuk.

Communiciatie- en reclamebureau Keesie heeft in september 2004 op verzoek van de oprichters van natuurorganisatie Wildzoekers de vormgeving en huisstijl van Wildzoekers ontwikkeld en vervolgens voor de duur van één jaar een gebruikslicentie verstrekt aan Wildzoekers. Stichting Wildzoekers is in februari 2005 opgericht. Partijen hadden een langdurige samenwerking voor ogen en spraken af dat indien de samenwerking zou komen te vervallen, Keesie de auteursrechten op het door Keesie vervaardigde werk aan Wildzoekers zou overdragen tegen vergoeding. Aan de samenwerking tussen partijen komt voortijdig een einde.

Stichting Wildzoekers deelt Keesie mee dat zij de door Keesie ontworpen huisstijl en logo nog slechts zal gebruiken tot februari 2006, zijnde in haar visie de afloopdatum van de gebruikslicentie. Keesie stelt dat de gebruikslicentietermijn van één jaar is ingegaan in september 2004 en vordert betaling voor de verlenging van de gebruikslicentie. Daarnaast vordert Keesie een verklaring voor recht dat Wildzoekers inbreuk maakt op haar auteursrecht en eist zij nakoming van de overeenkomst van overdracht van de auteursrechten aan Wildzoekers tegen vergoeding.

Volgens de rechtbank is tussen partijen niet overeengekomen wanneer de licentie ingaat en evenmin wat zou gelden na één jaar. De rechtbank hanteert als ingangsdatum van de licentie de oprichting van Stichting Wildzoekers in februari 2005. “4.2. (…) Dit ligt ook voor de hand. Het gaat hier niet om vergoeding van ontwikkelingskosten, maar om een gebruiksvergoeding. Het is niet goed denkbaar dat een nog niet bestaande (rechts)persoon reeds een vergoeding verschuldigd zou zijn voor het aan die (rechts)persoon gebonden gebruik van een nog niet bestaand werk (…)”.

Ten aanzien van de vermeende auteursrechtinbreuk oordeelt de rechtbank dat “4.3. (…) Wildzoekers een nieuwe huisstijl en logo heeft laten ontwikkelen en op de comparitie heeft Keesie niet weersproken dat Wildzoekers zelf het gebruik van de ontwerpen van Keesie heeft gestaakt vóór 1 februari 2006, dus vóór het aflopen van de licentieperiode van één jaar. Keesie heeft daarbij toegegeven dat de nieuwe stijl geen inbreuk maakt op haar auteursrecht (…)”.

De door Keesie gevorderde veroordeling tot nakoming van de overeenkomst tot overdracht van de auteursrechten en vergoeding daarvoor wordt afgewezen, omdat Wildzoekers de door Keesie ontworpen huisstijl en haar logo feitelijk niet heeft overgenomen en de overeenkomst geen verplichting tot overname van de intellectuele eigendomsrechten inhoudt (4.6).

Interessant is de overweging van de rechtbank ten aanzien van de gevorderde volledige proceskostenvergoeding op grond van de Handhavingsrichtlijn: “4.8. (…) De volledige proceskostenveroordeling van de Handhavingsrichtlijn is vooral gegeven voor piraterij en andere gevallen van opzet en kwade trouw. Daarvan is in dit geval geen sprake. Het gaat hier om een spaak gelopen samenwerking met auteursrechtelijke facetten tussen niet commercieel ingestelde organisaties (…)”.

Lees het vonnis hier

IEF 4375

Eerst even voor jezelf lezen

- Rechtbank Utrecht, 11 juli 2007, HA ZA 06-488. Canon Kabushiki Kaisha c.s. tegen Crown International B.V. (met dank aan Dirk Straathof, Brinkhof).

Parallelimport. “Te staken en gestaakt te houden iedere inbreuk op de aan Canon c.s. toekomende merkrechten  en auteursrechten, meer in het bijzonder de verkoop en het ter verkoop aanbieden van Digital Rebel camera's, Nederlandse handleidingen op CD-ROM van Canon camera’s en USB lampjes met het Canon logo daarop, dan wel andere producten die inbreuk maken op werken en/of merken van Canon C.S.

Lees het vonnis hier.

- Rechtbank Arnhem, LJN: BA9612. Keesie B.V. tegen Stichting Wildzoekers.

Samenvatting rechtspraak.nl: "Keesie stelt dat Wildzoekers inbreuk maakt op haar auteursrecht, onder meer door na het verstrijken van de licentie nog steeds kenmerkende onderdelen van het door haar ontworpen logo op diverse websites te gebruiken en aldus te verveelvoudigen."

Lees het vonnis hier.

IEF 4354

Eerst even voor jezelf lezen

- Rechtbank ’s-Gravenhage, 13 juli 2007., KG ZA 07-586. Applera Corporation tegen Stratagene Corporation c.s. 

De voorzieningenrechter verbiedt Strategen c.s. met onmiddellijke ingang na betekening van dit vonnis iedere inbreuk op EP 562 in Nederland, met name door de verkoop of andere verhandeling van real-time thermocyclers en met name door de verkoop of andere verhandeling van de thermocycler Mx3000P System en/of Mx3005P System en/of Mx4000P System. Plus toewijzing nevenvorderingen plus betaling aan Applera van de kosten van de procedure tot heden begroot op € 133.553,32.

Lees het vonnis hier.

- Gerechtshof ’s-Gravenhage, 12 juli 2007, KG ZA 05/925. Stichting De Thuiskopie tegen Opus Supplies B.V.

Hof Den Haag bevestigt bekrachtigt het vonnis van de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag. Opus GmbH, een onderneming die vanuit Duitsland op basis van bestellingen via internet  blanco CD’s en DVD’s levert aan afnemers in Nederland kan niet worden aangemerkt als importeur in de zin van artikel 16c lid 2 Aw en is derhalve geen thuiskopie-vergoeding verschuldigd.

Lees het vonnis hier. Vonnis Rechtbank Den Haag: IEF 920 (16 september 2005). 

IEF 4349

De zogenaamde volvlak methodiek

bvt.gifRechtbank Assen, 11 juli 2007, KG ZA 07-101. Interieurverzorging Van Tellingen B.V. tegen Jan Luppes Interieurs (met dank aan Aron Das Gupta, Van Mens & Wisselink). 

Auteursrecht op huisstijl. Totaalindruk van meubelbrochures vertonen een zodanige gelijkenis dat er sprake is van een verveelvoudiging.

Geschil tussen twee interieurwinkels. Beide ondernemingen brengen een brochure uit met hun laatste meubelcollectie. Eiser Van Tellingen stelt i.c. dat Gedaagde Luppes met de vormgeving van haar brochure inbreuk maakt op het auteursrecht van Van Tellingen. De voorzieningenrechter deelt deze mening.

 “4.3. De voorzieningenrechter (…) is voorshands van oordeel dat de brochures van Van Tellingen auteursrechtelijk zijn beschermd. Het navolgende wordt overwogen. De brochures van Van Tellingen kenmerken zich door een aantal opvallende elementen. Op de rechterzijde van de omslag van de brochures is een gedeelte van een meubelstuk afgebeeld. Voorts wordt steeds op een pagina een produkt afgebeeld met daarnaast een pagina in een monoklour, de zogenaamde volvlak methodiek. De monokleurige pagina correspondeert vrijwel steeds met de kleur die is geplaatst in of rond het gefotografeerde meubelstuk. De monokleurige pagina’s en de fotografische  pagina’s waarop de diverse meubelstukken staan afgebeeld volgen elkaar steeds op een bepaalde wijze op, waarbij eerst een monokleurige pagina links met rechts een fotografische pagina is afgebeeld en vervolgens op de volgende pagina links een fotografische pagina en rechts een monokleurige pagina. In het midden van de monokleurige pagina is vrijwel steeds in het wit de naam van de producent aangebracht. Onderaan de monokleurige pagina wordt hoofdzakelijk in het zwart meer informatie verschaft over het afgebeelde meubelstuk. Tenslotte is de vorm van de brochure van Van Tellingen vierkant, Luppes hebben aangevoerd dat de diverse elementen uit de brochure van Van Tellingen op zichzelf reeds bekend waren. Luppes hebben ook een aantal brochures in het geding gebracht waarin de afzonderlijke elementen dan wel de door Van Tellingen toegepaste technieken zijn terug te vinden.

Het feit dat Van Tellingen gebruik heeft gemaakt van elementen die reeds bekend waren betekent echter nog niet dat er geen sprake kan zijn van een oorspronkelijk werk in de zin van de auteurswet. Het gaat immers om de combinatie van de door Van Tellingen toegepaste elementen en de diverse keuzes die zij daarbij heeft gemaakt. Uit de door Luppes in het geding gebrachte brochures kan niet worden afgeleid dat eenzelfde combinatie van elementen reeds eerder is toegepast. De voorzieningenrechter is voorshands dan ook van oordeel dat juist deze combinatie van elementen maakt dat de brochure een oorspronkelijk karakter bezit en het persoonlijk karakter van de maker draagt.

4.4. Vervolgens dient de vraag beantwoord te worden of Luppes ook daadwerkelijk inbreuk hebben gemaakt op het auteursrecht van Van Tellingen. Daarbij is van belang te beoordelen of de brochures van Luppes zijn te beschouwen als een verveelvoudiging in de zin van artikel 13 Auteurswet van de brochures van Van Tellingen. Daarvan is sprake indien er auteursrechtelijk relevante elementen in de brochure van Luppes zijn overgenomen oftewel ontleend. Daartoe dienen de twee brochures met elkaar te worden vergeleken. Daarbij valt op dat Luppes evenals Van Tellingen een monokleurige pagina combineren met een fotografische pagina, waarbij een kleur van de fotopagina correspondeert met de monokleurige pagina. Luppes passen bij deze zogenaamde volvlak methodiek dezelfde volgorde toe als Van Tellingen. Ook centreren Luppes de naam van de producent in het wit in de monokleurige pagina en gebruiken zij daarbij dezelfde lettergrootte als Van Tellingen. Voorts hebben Luppes evenals Van Tellingen op de omslag van de brochure aan de rechterkant een gedeelte van een meubelstuk afgebeeld. Tenslotte hebben Luppes evenals Van Tellingen gekozen voor dezelfde vorm, namelijk vierkant en heeft de brochure van Luppes nagenoeg dezelfde afmetingen.

Van de zijde van Luppes is ter zitting ook erkend dat bij het maken van de brochure ‘Design, designed for you” de brochure van Van Tellingen als voorbeeld is gebruikt. Luppes stellen zich echter op het standpunt dat de brochures desondanks toch voldoende van elkaar verschillen. De voorzieningenrechter kan Luppes hierin echter niet volgen. Weliswaar zijn er ook verschillen tussen de beide brochures waar te nemen, echter van belang zijn de totaal indrukken van beide brochures en deze vertonen een zodanige gelijkenis dat voorshands dient te worden aangenomen dat er sprake is van een verveelvoudiging.

Het verbod op schending van haar auteursrecht wordt toegewezen. Kosten worden gecompenseerd, omdat eiser weliswaar in haar hoofdvordering in het gelijk wordt gesteld, maar de eveneens substantiële nevenvorderingen (afgifte, rectificatie etc.) alle worden afgewezen.

Lees het vonnis hier.